Ook het met de nodige vertraging verschenen Seven Bells past binnen deze traditie. En ook hier betreft het weer een groeialbum. De plaat klinkt op het eerste gehoor wel rg statig en steriel, maar ook nu blijkt dat tevens de kracht van Secrets Of The Moon te zijn. Hoewel sommige nummers direct beklijven, zoals Goathead (een felle kraker waarbij het tempo wel nog flink omhoog gaat) en het groots en meeslepend klinkende Serpent Messiah (een fantastisch, hakkend nummer, doorspekt met Satyricon- en zelfs Keep Of Kalessin-invloeden), vergen andere nummers meer geduld van de luisteraar.
Voorbeelden van deze laatste categorie zijn het met omineus klokkengeluid beginnende, gedecideerde titelnummer en het zeer epische, en in zekere zin ook minimalistische Nyx. De bijna een kwartier klokkende afsluiter The Three Beggars slaagt er het best in om beide categorien te verenigen: het is een machtig nummer dat direct weet te boeien, maar toch ook geheimen bevat die pas na herhaalde beluisteringen aan de oppervlakte komen.
Wie zijn black metal het liefst met een flinke dosis agressie en haat heeft, kan het best met een grote boog om Seven Bells heen lopen. Die elementen zijn op dit album namelijk nauwelijks te vinden. Maar daar waar een band als Blut Aus Nord zichzelf in zijn recente werk lijkt te verliezen, weten de leden van Secrets Of The Moon precies waar ze naar toe willen qua sound. Seven Bells is dan ook een verfijnd album voor de fijnproevers, waarbij onder het rustige wateroppervlak het meest te ontdekken valt.
Tracklist:
1. Seven Bells
2. Goathead
3. Serpent Messiah
4. Blood Into Wine
5. Worship
6. Nyx
7. The Three Beggars