Het mag dus ook geen verrassing zijn dat Bring Me The Horizon op het vijfde album (met een pikzwarte hoes met in het klein de titel, vandaar dat je rechtsboven in deze review een gat ziet) de lijn doortrekt naar popsongs in een stadionrockjasje. De mooie lovesong Follow You en het swingende Oh No (denk aan Kensington) zijn zelfs rijp voor de Top 40. Ze zijn opgebouwd rond synthesizerakkoorden en zanglijnen. Er komt nauwelijks een gitaar aan te pas, afgezien van wat postrockgetokkel of akkoorden die diep in de mix staan. In de overige nummers vervullen de gitaarriffs een wat grotere rol, maar geen vooraanstaande zoals we die kennen van de voorgaande platen.
Verwacht dan ook geen metal(core) meer op deze release, maar een mix van atmosferische en straightforward poprocktracks die lekker in het gehoor liggen. Het begint al direct met het trip-hop meets trance-achtige Doomed (met daarin geluiden van drugsgebruikers als terugkerende sample, een passende vondst). Deze geschikte opener is aanvankelijk nog geen hoogvlieger, maar groeit uit tot een van de favorieten. De nu-metaltrack Happy Song (waarin een klas kinderen meezingt) start sterk, maar bevat een wat krachteloos refrein. Het is een van de weinige tracks die aan Sempiternal doet denken en zal mede daarom bij bepaalde fans de topper zijn.
Het door Linkin Park benvloede Thorn is een stuk energieker en directer en True Friends is het stevigste nummer op het album. Avalanche behoort samen met het Bloc Party-achtige Drown (een heropgenomen versie die qua structuur nauwelijks verschilt van de eind vorig jaar uitgebrachte single) tot de hoogtepunten. Hierbij is het interessant dat de bijdrage van de gitarist zich niet beperkt tot heavy akkoorden, maar er ook veel fraaie postrockeffecten aanwezig zijn, zoals in het deels Editors-achtige What You Need. In het donkergetinte Blasphemy zit zelfs een bluesrocksolo.
Dat donkergetinte is wel een heel interessant element. Het komt in meerdere tracks terug. Naast het overtuigende Blasphemy ook in het sterke Run bijvoorbeeld. Ook tekstueel belicht Oli Sykes de zwaarmoedige kant. Hij moedigt met zijn universele woorden de luisteraar aan om de confrontatie met het duistere aan te gaan. Volgens hem een voorwaarde om het licht te kunnen zien. De teksten zijn makkelijk te volgen aangezien het tempo wat lager ligt dan we van het kwintet gewend zijn. Een andere reden is dat de getatoeerde frontman veelvuldig zijn heldere stem gebruikt en ook zijn halfcleane screams goed verstaanbaar zijn. Hij doet dit trouwens alsof hij nooit anders heeft gedaan, erg overtuigend.
Sykes vormt trouwens samen met Fish het producersduo. Ze hebben uitstekend werk afgeleverd. Het geheel klinkt organisch. De instrumenten zijn prima op elkaar afgesteld. Met name de keyboardpartijen en de zang zijn prominent aanwezig, maar alle details van de gitarist zijn goed hoorbaar. Tevens is de atmosferische diepte in de sound een goede zet. Juist die details zorgen ervoor dat je elke keer weer nieuwe dingen ontdekt.
Thats The Spirit is een frisse, energieke, organische plaat die een groot publiek zal aanspreken. Middels toegankelijke rocksongs met meezingrefreinen verwelkomen de Britten ongetwijfeld veel nieuwe fans. Een aantal liefhebbers van de eerste albums zal door de stijlwijziging hun favoriete groep de rug toekeren en de Britten bekritiseren dat ze voor het geld gevallen zijn en te soft klinken. Bring Me The Horizon doet met deze vijfde full-length echter het enige juiste: ongeacht wat anderen van je vinden, je eigen hart volgen en geloven in jezelf. Thats the spirit!
Tracklist:
1. Doomed
2. Happy Song
3. Throne
4. True Friends
5. Follow You
6. What You Need
7. Avalanche
8. Run
9. Drown (re-recorded)
10. Blasphemy
11. Oh No