Het uit Glasgow afkomstige Saor, het eenmansproject van Andy Marshall, is bezig aan een gestage opmars. In 2012 begonnen onder de naam rsaidh maakt deze multi-instrumentalist en zanger furore met het debuutalbum Roots (2013), een epische, grootse en meeslepende mengeling van atmosferische black metal en folk metal, woest en onstuimig als de Schotse landschappen. De plaat arriveert als een donderslag bij heldere hemel. In dat jaar kiest Marshall er ook voor om verder te gaan onder de nieuwe naam Saor, waarmee in de jaren die volgen nog drie even fantastische werkstukken verschijnen. Inmiddels bivakkeert de band bij Season Of Mist en heeft Saor een aardige fanschare opgebouwd. Het is dan ook bij dit label dat in de zomer van dit jaar de vijfde langspeler Origins verschijnt.
Met de support van een relatief groot label achter zich, ligt het in de lijn der verwachting dat Marshall zijn unieke sound voortzet, maar dan versterkt en vergroot door meer middelen. En inderdaad blijkt op Origins een van de laatste minpunten te zijn weggepoetst. De productie, die op de vorige platen vaak nogal ongepolijst en bedrukt is, blijkt op deze nieuwe langspeler een stuk professioneler. De sound is vol en transparant. Dat is wel eens anders geweest. Ook een ander euvel de wat brallerige grunts van Marshall is aangepakt. Zijn strot klinkt doorleefder en overtuigender, wat de intensiteit ten goede komt, ook al kent het album ook veel instrumentale passages.
Tot zoverre lijkt Origins alle ingredinten in huis te hebben om de voorlopige kroon op het werk van Saor te worden. Toch zijn de eerste luisterbeurten verrassend teleurstellend, op het frustrerende af. Dat komt vooral omdat er in compositorisch opzicht nogal wat is veranderd ten opzichte van de consistente stijl van de vorige platen. Zo zijn de nummers beduidend korter geworden. De langste track duurt acht minuten. Dat is in het universum van Marshall, waar composities van een kwartier geen uitzondering zijn, een peulenschil. De muziek is ook simpeler qua opbouw geworden. De riffs rocken meer en de nadruk lijkt minder te liggen op het creren van een machtige en majestueuze sfeer. Het zijn keuzes die in eerste instantie erg slecht uitpakken.
Het probleem is vooral dat de muziek van Saor het nu juist moet hebben van de epische, meeslepende en grootse sfeer. Het is muziek die de luisteraar bij uitstek meeneemt op een reis. Origins lijkt echter een poging om meer riffgeorinteerd te werken. Door de focus op makkelijk te behappen riffs, in combinatie met de korte nummers en de keuze om geen enkel idee de ruimte te geven, creert Marshall een luisterervaring die liefhebbers van het oudere werk als onbevredigend zullen ervaren. Het meest frustrerende is dat de zes tracks wel degelijk momenten bevatten die ons een glimp doen opvangen van de oorspronkelijke magie van Saor. Het is des te pijnlijker dat dergelijke momenten als zwakke opflikkeringen aanvoelen, die alweer wegebben voordat ze goed en wel hebben postgevat.
Neem Fallen, waarvan het sfeervolle begin (samples van knapperend vuur en een simpel, sjamanistisch drumritme) hardhandig wordt afgebroken door het misplaatste, staccato hakkende gitaarwerk. Ook The Ancient Ones kan als voorbeeld aangehaald worden. Voor het grootste gedeelte kabbelt de track maar wat voort met een enkele versnelling, waarvan het momentum door een onverklaarbare wending weer als sneeuw voor de zon verdwijnt om pas tegen het eind te ontkiemen middels een heerlijke riff. Zo bevat ieder nummer op Origins een paar fraaie fragmenten, die echter nooit lang worden volgehouden.
Als ik in een heel cynische bui ben, concludeer ik dat Origins de simplificering en Amon Amarthisering van het oorspronkelijke Saor-geluid laat horen. Dat oorspronkelijke geluid is hier verworden tot semi-stoere, herosche nummers die hapklaar worden opgediend, ontdaan van het oprechte sentiment dat aan de basis ligt van de eerste albums. In die omschrijving schemert echter ook mijn eigen teleurstelling door, omdat ik zoveel meer van dit album had verwacht. Degenen die nog niet eerder met Saor in aanraking zijn gekomen, horen een verdienstelijke mengeling van Schotse folk en atmosferische (black) metal, verpakt in toegankelijke nummers. Die lui wil ik echter vooral op het hart drukken achter het oudere materiaal aan te gaan. Dan pas wordt duidelijk waartoe Saor in staat is. Origins blijft wat mij betreft een gemiste kans, vol onlogische keuzes. Nog steeds niet echt slecht, maar gezien de eerdere output van de band ronduit teleurstellend.
Tracklist:
1. Call Of The Carnyx
2. Fallen
3. The Ancient Ones
4. Aurora
5. Beyond The Wall
6. Origins