Al in 2017 is er een nieuw Fear Factory-album opgenomen, maar wanneer deze uitkomt, is nog niet bekend. Dat heeft ongetwijfeld met de interne strubbelingen te maken. Gitarist Dino Cazares wil graag verder met Fear Factory, maar zanger Burton C. Bell, die recentelijk zijn lidmaatschap opzegde bij de industrialmetalformatie, richt zich sinds een tijdje weer op Ascension Of The Watchers.
Weer, want daarmee bracht hij in 2008 Numinosum uit. Daarop werkt hij samen met toetsenist John Bechdel (Ministry, ex-Prong, ex-live-Fear Factory), gitarist Eduardo Mussi (Echoes & Shadows, ex-Still Life Decay) en wijlen bassist Paul Raven (ex-Killing Joke). Daarna bleef het lang stil, totdat in 2017 drummer/achtergrondvocalist/programmeur/producer Jayce Lewis (ex-Protafield, ex-Losing Sun) en Burton het project nieuw leven inbliezen. Ook John is nog van de partij.
In vergelijking met de muziek van Fear Factory is die van Ascension Of The Watchers veel ingetogener en atmosferischer. De teksten zijn persoonlijker en tonen Burtons visie op het leven vanuit zijn onderbewustzijn. De 51-jarige frontman noemt het project dan ook the soul without the machine (knipoog naar Fear Factory). Hierbij is er geen ruimte voor extreme vocalen, maar voor (veelal langgerekte) cleane zang. Soms kan dat wat langdradig en zoetsappig overkomen, zoals in A Wolf Interlude en Honor. Ook de vocoder-effecten in laatstgenoemde zullen niet iedereen kunnen bekoren.
Wat gebleven is in vergelijking met Numinosum, is de stemmigheid. Ascension Of The Watchers neemt je mee in een lange en donkere tunnel (Cygnus Aeon) en eenmaal uit de tunnel langs statige landschappen. De filmische keyboardpartijen versterken dat karakter. Melancholie speelt een grote rol, zoals het titelnummer toont. In vergelijking met zijn twee voorgangers doet die compositie het rustiger aan. Met zeven minuten is deze wat aan de lange kant. Dat kan een wat verlammende werking op de luisteraar hebben. Het erop volgende, nog geen vijf minuten durende A Wolf Interlude, kan de aandacht er iets beter bij houden, al kunnen de repetitieve en eenvoudige teksten tegen zich werken.
Nee, dan hoor je liever het stevigere Ghost Heart, dat een paar jaar geleden al als single uitkwam. Daarin wisselen een rustig couplet en een stevig refrein elkaar goed af. Ambient soundscapes, gothic gitaarpartijen, proggy keys, memorabele zanglijnen en krachtige, industrial drums versterken elkaar. Ook het hypnotiserende The End Is The Beginning houdt de aandacht goed vast met Alice In Chains-achtige zang en interessant drumwerk van Jayce. Laatstgenoemde komt vaker met inventieve partijen, zoals in Cygnus Aeon.
In vergelijking met het debuut Numinosum is het album gelaagder, zwaarder en grootser. Dat komt in Stormcrow goed naar voren met een mooi uitgewerkte combinatie van verschillende gitaarlijnen en elektronica. Ook het trage Key To The Cosmos en het nog tragere, ambient Bells Of Perdition zijn goede voorbeelden. Daarin is het ruimtelijke aspect sterk uitgewerkt. Het lage tempo van meerdere tracks (A Wolf Interlude en Honoré) en de wat kunstmatige sound brengen je echter helaas niet altijd in de beoogde trance van neerslachtigheid en nostalgie, maar halen de energie en beleving er juist uit. Daarnaast zorgen de wat te simpele muzikale ideen geenszins voor een inspirerende luisterervaring.
Het zijn op de eerste helft van de plaat vooral de wat snellere tracks die een positieve indruk maken, zoals de overtuigende opener Ghost Heart en het gelaagde Stormcrow met zijn psychedelische gitaarspel en industrial ritmiek. Snel is trouwens relatief, want blastbeats, double bass of snelle riffs zul je hier niet vinden. Toch is er in dit soort tracks met een hoger aantal bpm veel meer energie aanwezig en scoren de trage tracks aanvankelijk veel minder punten. De kalme tracks op de serene tweede helft van het album maken een veel positievere indruk. Ze trekken de gemiddelde score dan ook omhoog. Zelfs de Terence Trent DArby-cover Sign Your Name kan op goedkeuring rekenen.
Het is een verrassend einde van een wat wisselvallige plaat die bij vlagen de luisteraar in zijn eigen wereld laat verkeren en meeslepend is, maar ook een paar veel minder inspirerende fases bevat.
Tracklist:
1. Ghost Heart
2. The End Is Always The Beginning
3. Apocrypha
4. A Wolf Interlude
5. Honoré
6. Stormcrow
7. Cygnus Aeon
8. Key To The Cosmos
9. Bells Of Perdition
10. Wanderers
11. Sign Your Name (Terence Trent D'Arby-cover)