Je zou denken dat de muziek in het verlengde van Trail Of Tears ligt, aangezien er drie leden van die band actief zijn in Viper Solfa. Niets is minder waar aangezien Morfeus namelijk de belangrijkste songwriter is. Hij zorgt ervoor dat het geheel veel harder, sneller en agressiever klinkt dan je zou verwachten. Slechts af en toe (in Vulture Kingdom, War Of Zion en Shahanshah) is er nog iets wat aan het gothic materiaal van de voorganger doet denken. Over het algemeen is het echter theatrale extreme metal met veel gemene, scherpe en ‘gevaarlijke’ thrash- en blackmetalriffs wat de klok slaat.
De Noren zelf noemen het poison music en dat is nog niet eens zo’n slecht bedachte term. De giftige muur van riffs, die sterk in de mix staat, zorgt namelijk voor een donkere en creepy sfeer. Enerzijds een goede zet, aan de andere kant drukt het soms de zang wat weg in de mix. De keyboardpartijen zetten het toxische karakter nog eens extra kracht bij, ook al zijn ze slechts op de achtergrond aanwezig. Tijdens de trage passages, zoals die in Funeral Of Kings, Vulture Kingdom en Call For Silence, komt het giftige karakter het sterkst naar voren.
Naast het gitaarwerk zijn het de sterke vocalen die de sfeer bepalen. Zangeres 'Sphinx' beschikt over een uitstekende rockstem die goed bij de muziek past. Ze geeft het geheel een onheilspellend karakter met haar gevarieerde stemgeluid, van lieflijk melodieus tot griezelig en angstaanjagend. De nijdige, extreme vocalen van Ronny, die een stuk agressiever zijn dan hij bij Trail Of Tears liet horen, vullen dit mooi aan, ook al is het contrast groot. Als ze samenkomen, zoals in het titelnummer, wordt het wat te druk. Met name door de bijzondere zanglijnen van de zangeres bezinken veel nummers relatief langzaam. Deranged, Vulture Kingdom en War Of Zion bevatten de sterkste zanglijnen.
Laatstgenoemde bezit net als veel andere tracks veel power. Deze kracht zit niet alleen in de zware, venijnige riffs van Morfeus (hij mag wat vaker variëren), maar ook in het drumwerk van Bjørn. In veel tracks raast hij erop los met zijn blasts en double bass. Vaak is zijn slagwerk sterk, gevarieerd (zoals in The Viper Legion) en indrukwekkend strak. Aan de andere kant is het soms ook wel eens verstandig om wat rustiger aan te doen. Het dubbele bas-werk tijdens de langzamere passages van bijvoorbeeld War Of Zion vind ik dan ook minder op zijn plaats. Tijdens de middensectie van Vulture Kingdom is er juist wel voldoende dynamiek.
Carving An Icon is een verrassend, giftig debuut met veel power. De bijzondere combinatie van de extreme vocalen van Ronny en de rockzang van Sphinx is een goede vondst. Het zorgt er samen met de agressieve riffs voor dat het een interessante plaat is voor open-minded liefhebbers van extreme metal die een vrouwenstem ook kunnen waarderen.
Tracklist:
1. Deranged
2. Funeral Of Kings
3. Carving An Icon
4. The Toxic Thousands
5. Vulture Kingdom
6. Call For Silence
7. War Of Zion
8. The Viper Legion
9. Whispers And Storms
10. Shahanshah