Het antwoord op de tweede vraag is een volmondig nee, om de simpele reden dat Unisonic geen powermetalproject is. Wie een vervolg op de originele Keeper Of The Seven Keys-albums verwacht, komt bij de eerste luisterbeurt bedrogen uit. Een vergelijking met Pink Bubbles Go Ape dringt zich op. Toen die plaat in 1991 verscheen, trokken wereldwijd duizenden Helloween-fans hun lange haren uit het hoofd. Na het vertrek van Kai Hansen bleek de Duitse formatie te breken met de stijl waarmee de groep in korte tijd groot was geworden. Ook ik was indertijd zwaar teleurgesteld over het ontbreken van de gewenste vliegensvlugge granaten en epische saga's en heb Pink Bubbles Go Ape menigmaal verketterd.
Als ik die cd tegenwoordig weer eens opzet, dan blijkt het kwalitatief gezien echter een alleszins aangenaam plaatje te zijn. Geen klassieker, maar bij lange na niet zo slecht als menigeen beweert en ik zelf destijds dacht. Hetzelfde geldt anno 2012 voor de titelloze debuut-cd van Unisonic. Zolang je geen snelle powermetal verwacht en een bescheiden verwachtingspatroon hanteert, is het album goed verteerbaar. De aanwezigheid van Hansen blijkt een beperkte impact te hebben, want Unisonic borduurt grotendeels voort op de beide melodieuze hardrockplaten van Place Vendome, waarop Kiske ook al samenwerkte met de van Pink Cream 69 bekende bassist/songwriter Dennis Ward en drummer Kostas Zafiriou. Het vijfde lid van Unisonic is evenmin een onbekende, want gitarist Mandy Meyer liet zijn kunsten eerder horen bij o.a. Asia, Gotthard en Krokus.
Eigenlijk is het debuut van Unisonic de logische optelsom van de vijf componenten, waarbij Kai Hansens powermetalhart vaak zijn meerdere moet erkennen in de aor- en hardrockwortels van zijn kompanen (inclusief Kiske, die na diens vertrek bij Helloween zijn metalverleden langdurig heeft verloochend). Toch voegt de Gamma Ray-leider wel degelijk iets toe, want Unisonic is net wat harder, meer metal, gevarieerder en spannender dan de (niet onaardige) Place Vendome-cd's. De beste voorbeelden zijn de onweerstaanbare up-tempo songs Unisonic en My Sanctuary. Jammer is wel dat die twee prijsnummers al op het begin dit jaar verschenen mini-album Ignition stonden.
Als je Ignition in je bezit hebt, biedt Unisonic wellicht te weinig meerwaarde om de aankoop van deze langspeler te rechtvaardigen. Sowieso is de cd vooral een aanrader voor fans van de nog altijd fraaie vocalen van Michael Kiske en zal de gemiddelde metalfan hier niet voor warmlopen. Niet alleen vanwege de wat oubollige stijl, maar vooral omdat de meeste songs te voorspelbaar en onopvallend zijn. Zolang Unisonic een excuus biedt aan Kiske en Hansen om weer samen het podium op te kruipen en oude Helloween-krakers te spelen, dan heeft de groep desalniettemin mijn zegen en hoop ik dat ze nog een tijdje doorgaan.
Tracklist:
1. Unisonic
2. Souls Alive
3. Never Too Late
4. I've Tried
5. Star Rider
6. Never Change Me
7. Renegade
8. My Sanctuary
9. King For A Day
10. We Rise
11. No One Ever Sees Me