Ja, het is nu namelijk een groep. Werd de wanstaltig slecht geproduceerde black metal op het debuut nog gespeeld door n man, nu zijn er vier mensen verantwoordelijk. Het grootste voordeel is dat er nu een echte drummer is, want dat was toch wel het meest storende op het debuut. De band is er dan ook zeker op vooruit gegaan. De zeven eigen composities (plus een cover van Behemoth) mogen er best zijn en er wordt zelfs heel behoorlijk gespeeld. Bandleider St.Julius stapelt geen lagen Casio keyboards meer op elkaar, maar hij laat de gitaren spreken. Dat leidt tot prima nummers als het kletterende Nihil Versus Dei en het snelle titelnummer.
Toch is dit geen wereldplaat. Daarvoor is de muziek te gewoontjes. De platgetreden paden van Cradle Of Filth, Dimmu Borgir en de (oude) Nokturnal Mortum worden ook hier gevolgd en dat leidt tot verveling. De muziek klinkt gelukkig wel ruig dankzij de rauwe productie, maar het geheel is net wat te plat. Het ontbreekt de muziek aan diepgang, waardoor de plaat na een paar luisterbeurten waarschijnlijk al in de kast belandt. Dat wil verder niet zeggen dat liefhebbers van degelijke melodieuze black metal hier geen plezier aan kunnen beleven, want er is hoorbaar tijd en aandacht aan besteed. Toch mag je na vier albums wel wat meer verwachten.
De cd is dus een hele verbetering ten opzichte van het oude werk, maar spetterend en spannend is het nog steeds allemaal niet. Een paar goede nummers, maar vooral voortkabbelende middelmaat is het resultaat. Het prima hoesje verdient dan wel weer pluspunten.
Tracklist:
1. Bloodfall Of Flesh
2. Nihil Versus Dei
3. Ego Sum Lead
4. Arachnophobia
5. Petrified Mirk
6. Mensis Of Mind
7. Triumphator
8. Chant For Eschaton 2000 (Behemoth Cover)
9. Open the Gates (Hidden)