Er zijn maar weinig bands die vanaf de eerste seconde de gevoelstemperatuur naar het vriespunt kunnen brengen, maar de Oekraense blackmetalgroepering Hate Forest is daar n van. Het soloproject van gitarist, zanger en bassist Roman Saenko (Drudkh, Windswept, Blood Of Kingu en vele andere projecten) staat sinds de prille begindagen aan het eind van het vorige millennium bekend om zijn spijkerharde en ijskoude, archetypische vorm van black metal. De combinatie van snijdende riffs, voortdurend voortdenderende drumpartijen en woeste grunts en screams zorgt ervoor dat Hate Forest het muzikale equivalent van een poolstorm vormt, met een kilte die in de botten trekt.
Ondanks een productieve beginperiode trekt Saenko in 2004 de stekker uit Hate Forest, waarschijnlijk om zich meer op het dan al zeer succesvolle Drudkh te richten. Op enkele compilaties en heruitgaven na blijft het stil, totdat in de laatste dagen van 2020 ineens het compromisloze nieuwe album Hour Of The Centaur verschijnt: een minimalistische, ijskoude dijk van een plaat, die paradoxaal genoeg bijna sereen is in zijn nooit aflatende intensiteit. Gelukkig blijkt er geen sprake te zijn van een eenmalige oprisping, want inmiddels ligt met Innermost wederom een nieuw werkstuk in de schappen. Deze pas zesde full-length verschijnt wederom in de donkere dagen van december, vrijwel twee jaar na zijn voorganger.
Waar Drudkh zijn kracht ontleend aan contemplatieve, hypnotiserende riffs en een bijna sacrale, melancholische sfeer, raast Hate Forest juist van begin tot eind door. Ook op Innermost is er nauwelijks een rustpunt te ontdekken in de zes nummers. De gure riffs terroriseren de trommelvliezen, terwijl het drumwerk (dat waarschijnlijk uit een computer komt) vrijwel non-stop blastbeats en dubbele basritmes produceert. Slechts op enkele momenten wordt de maalstroom onderbroken, zoals in By Full Moon's Light Alone The Steppe Throne Can Be Seen, waarin het korte, akoestische getokkel, de slepende riff en het epische mid-tempo aangename aanknopingspunten vormen.
Het grote nadeel van dit voortdurende bombardement op de zintuigen is dat de muziek wat eentonig wordt. Hoewel Those Who Howl Inside The Snowstorm en Temple Of The Great Eternal Night indruk weten te maken door hun fantastische, snijdende riffs, blijven de andere tracks daar iets bij achter. Bovendien blijken de nummers onderling lastig van elkaar te onderscheiden. Net als de albumhoes zijn de verschillen per track minimaal. Bovendien ontbreekt de dynamiek in en tussen de nummers, waardoor de plaat ondanks de relatief korte speelduur van ruim een half uur een nogal afmattende luisterervaring is. Hoewel Innermost de luisteraar bij vlagen wegblaast, zorgen dergelijke minpunten ervoor dat het album wel wat minder beklijft dan zijn voorganger.
Tracklist:
1. Those Who Howl Inside The Snowstorm
2. By Full Moon's Light Alone The Steppe Throne Can Be Seen
3. Ice-Cold Bloodless Veins
4. Temple Of the Great Eternal Night
5. Whiteout Silence
6. Solitude In Starry December