Voor het eerst mag er tijdens Roadburn tussen 013, V39 en het Patronaat gegeten en gedronken worden. Er is zelfs een overkapping gemaakt zodat bij regen nog een flink aantal mensen kan schuilen. Gelukkig is dat niet nodig en schijnt de zon volop. Buiten is het dan ook druk en er heerst een gezellige en gemoedelijke sfeer. Iedereen komt graag wat rust en verkoeling zoeken na de overvolle en daardoor warme zalen in 013 en het Patronaat. Ook de afterparty's worden goed bezocht met op zaterdagavond bijvoorbeeld dj A.A. Nemtheanga van Primordial achter de draaitafel.
Zaterdag 20 april:
Voor het journaille en andere genteresseerden heeft het festival zowaar een showcase georganiseerd waarin de Nederlands band Gold zich in het nabijgelegen Cul De Sac voorstelt aan de pers. Hoewel zelfs de monitoren op kratjes in de zaal staan, passen de vier heren en dame maar net op het minieme podiumpje. De intieme sfeer in de zaal is een verademing na de bomvolle zalen in 013 en het Patronaat. Gold schotelt ons in drie kwartier nummers van het album Interbellum voor en een cover van Fleetwood Mac, Rhiannon. De radiovriendelijke hardrock doet het goed en zangeres Milena Eva is goed bij stem. Haar ietwat arrogante houding tijdens de nummers past bij het geheel en de gitaarbrigade speelt overtuigend mee. Een band met potentie waar we hopelijk nog meer van gaan horen in de toekomst! Leuk detail: het toepasselijke goudgele podiumlicht. (Nicole)
Op zaterdagmiddag is het heerlijk rustig in de grote zaal als The Ocean daar als eerste band zijn kunsten mag vertonen. Begrijpelijk is het wel, want iedereen heeft er al een aantal intense dagen op zitten. De blijkbaar onweerstaanbare aantrekkingskracht die onze Hollandse groente op veel buitenlandse bezoekers heeft, zal ook niet geholpen hebben bij het aanhouden van een enigszins normaal dagritme. Gevolg is wel dat The Ocean voor een relatief lege zaal staat te spelen. De leden laten zich er niet door uit het veld slaan en geven een energieke performance weg. Degenen die nog in coma liggen, missen dan ook wel degelijk iets, want de intelligente, superstrak gespeelde post-metal van deze band is zeer de moeite waard. Wie groepen als Isis en Pelican kan waarderen, zal dan ook zeker genieten van deze performance. Een groot compliment verdient de band overigens voor de schitterende, kunstzinnige videobeelden, die een extra dimensie aan de muziek toevoegen. (Rik)
De organisatie heeft niet alleen bands uit het buitenland gehaald, maar heeft ook binnen onze eigen landgrenzen naar talent gezocht. En zo staat het Haagse Monomyth in de kleine zaal van 013. Deze heren hebben maar liefst twee toetsenisten in de gelederen: eentje voor de keyboards en eentje voor de spacegeluiden, zo lijkt het. Er zijn wat problemen met snoeren en kabels, maar dat doet weinig afbreuk aan de sfeervolle soundscapes met kraut- en stonerrock die je zonder problemen weet mee te nemen. De mooie lichtshow versterkt dit effect nog eens. Dat de bezoekers dit wel kunnen waarderen, blijkt als de zaal bomvol staat. Een prettig begin van de dag! (Nicole)
En dan is het voor Neige tijd om voor de derde en laatste maal het podium op te stappen. Dit keer mag hij de grote zaal onveilig maken met zijn geesteskind Alcest. Opvallend is de opstelling waarbij de drummer uiterst rechts en een kwartslag gedraaid op het podium zit. De ingetogen en dromerige muziek van de Fransen komt niet tot zijn recht in een grote zaal, waar het geluid simpelweg harder moet staan. Hoewel zij - en ook Fursey Tessier van Les Discrets achter de lichtknoppen - hun best lijken te doen, is een podium van dat formaat toch net een tikje te groot. Dat ze dan ook nog Les Voyages De LAme integraal spelen, zal voor veel bezoekers toch een bittere pil zijn. Dit meest recente wapenfeit is namelijk niet door iedereen goed ontvangen. Tot slot spelen de Fransen tot twee andere nummers van voorgaande platen. Om het leed toch nog wat te verzachten. (Nicole)
The Ruins Of Beverast is het project - en inmiddels wel meer dan dat - van de drummer van Nagelfar en daarvoor heeft hij wat muzikale vrienden om zich heen verzamelt. Zo is gitarist Arioch bekend van onder meer Secrets Of The Moon. Het geluid is bij deze black metalact niet helemaal in orde en ook de lichtman maakt zich er gemakkelijk van af door bij ieder nummer alleen even de kleur aan te passen. Er is verder opvallend veel rook, waardoor de band (opzettelijk?) slecht te zien is. De heren moeten even op gang komen zo lijkt het, maar sluiten uiteindelijk genadeloos af met I Raised This Stone As A Ghastly Memorial. Geen gemakkelijke kost dit gezelschap, zo blijkt wel uit de vermoeidheid die zichtbaar bij een aantal bezoekers toeslaat. En dat is dan pech voor hen, want The Ruins Of Beverast zet hier een sterke show neer. (Nicole)
Tijd voor een lekker potje krautrock! Na het (voor ondergetekende) wat teleurstellende Monomyth kan het soortgelijke Camera een mooie slag slaan. Het geduld wordt alleen ook hier helaas niet beloond. Wederom is het geluid niet bepaald om over naar huis te schrijven. Jammer, want de muziek van Camera is helemaal niet verkeerd, zo getuige ook de vele filmpjes die op Youtube circuleren. In thuisstad Berlijn passen de heren regelmatig guerrillatactieken toe en treden ze plotseling op in openbare plaatsen als de metro of op straat. Die spontaniteit valt natuurlijk weg op een georganiseerd optreden in de kleine zaal. Misschien komt het daarom niet over. Misschien zijn we wel verwend geraakt door een groot aantal sublieme optredens in de eerste twee dagen. Hopelijk komen jij of ik ze tijdens een toekomstig bezoekje aan Berlijn nog ergens tegen. (Ruud)
Tijdens de show van stonerband Wo Fat in Stage01 zit de zaal propvol. Ik ben iets te laat aanwezig en moet daarom vanuit de gang een tijdje op mijn tenen toekijken. Met hun originele gitaargeluid, perfect vertegenwoordigd in het nummer Hurt At Gone wordt het publiek met gemak voor de sympathieke Amerikanen gewonnen. Twee dagen later zal Wo Fat in de Vera in Groningen een niet minder excellent optreden afleveren. Het trio zou er goed aan doen om eens door Europa te toeren met hun jonge landgenoten van Elder. (Kees)
Het Zweedse Cult Of Luna heeft onlangs het ijzersterke nieuwe album Vertikal uitgebracht, dus het is niet meer dan logisch dat deze postmetallers een mooie plek op het hoofdpodium toebedeeld hebben gekregen. De grote zaal is inmiddels ook behoorlijk vol geworden: de band is onmiskenbaar populair. Terecht, zo blijkt ook vanmiddag weer, want dit collectief geeft een uitstekend optreden weg. Vooral de krachtige stemgeluiden van de twee zangers maken indruk, maar ook de manier waarop de band schakelt tussen stuwende, ritualistische postmetalpassages en ingetogen rustmomenten, verraadt jarenlange kwaliteit en vakmanschap. Gelukkig komt van het nieuwe album het meesterlijke, bijna achtien minuten durende Vicarious Redemption (dat zich heerlijk traag aan de luisteraar ontvouwt) voorbij. Wat verder opvalt, is dat de band met twee drummers opereert. Dat ziet weliswaar stoer uit, maar aangezien beiden hetzelfde spelen, voegt het vanuit muzikaal oogpunt niets toe. Het doet echter geenszins afbreuk aan dit buitengewoon solide optreden van een band die vakkundig de zaal weet in te pakken. (Rik)
Antisect wordt ook wel omschreven met de termen crust en stenchcore. Hoe het ook zij, het Patronaat is maar half gevuld voor deze act afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk. De anarcho-punk van deze heren draait al weer een flink aantal jaar mee, maar de animo ervoor valt behoorlijk tegen. Het publiek dat wel aanwezig is, gaat aardig tekeer en voor het eerst op dit festival zie ik een moshpit ontstaan. Duidelijk een show voor de liefhebber, die dan ook wel keihard kan genieten van nummers als Yet They Still Ignore en Channel Zero.
Het is de derde keer dat ik Victor Griffin een podium op Roadburn zie betreden. Een keer met het legendarische Pentagram, de tweede keer met Place Of Skulls en nu met zijn nieuwe band: Victor Griffins In-Graved. En dan te bedenken dat hij in 2010 renieshow verzorgde met Death Row. Wat Victor Griffin ook doet, hij zal altijd een rasmuzikant blijven. Zoals we van hem gewend zijn, maakt hij altijd eerlijke, oprechte muziek. Hoewel het geluid in het begin nog wat te wensen overlaat, staat de muziek fier overeind. Niet in de laatste plaats door de puike muzikanten, als Guy Pinhas (Goatsnake, The Obsessed) en Jeff Olson (ex-Trouble), die Victor Griffin om zich heen heeft verzameld. Het zal niemand verbazen dat de setlist voor het grootste deel bestaat uit materiaal van de nieuwste plaat. Prachtige songs als Digital Critic, What If en Late For An Early Grave worden afgewisseld met de betere tracks van eerder genoemde bands (Masters Of Jest!). Griffin en co hebben er duidelijk zin in. Tussen de songs door wordt er onderling en met het publiek wat gegrapt. Een uur is eigenlijk te kort voor dit gemoedelijke en vooral goede optreden. (Ruud)
Dit keer staat niet alleen de zaal, maar ook het podium van het Patronaat goed vol. A Forest Of Stars heeft namelijk acht man/vrouw nodig voor zijn unieke sound waar black metal, folk, psychedelica, romantiek en het occulte lijken samen te komen. Leuk om tussen al dat (bas)gitaargeweld ook weer eens een viool te horen. Hoewel het geheel aardig was, leek er ook nog wel het een en ander mis te gaan. Zo gaf de backdrop een technische foutmelding aan en leek zangeres Katheryne een deel van haar tekst kwijt te zijn. Met wat meer podiumervaring kan dit uitgroeien tot een hele verrassende live act. (Nicole)
Als we de geruchten mogen geloven, dan valt een show van Jess And The Ancient Ones behoorlijk tegen. Met openingsnummer Into Starlight Chambers weten ze inderdaad mede dankzij het vreselijke geluid niet te overtuigen. Zangeres Jess zit ook daarna steeds met haar oortjes te prutsen. De problemen worden snel opgelost en wat volgt is een meer dan fijne show. Men neme een zangeres met een prachtstem, gitaristen die zo uit Sons Of Anarchy lijken weggelopen, een bassist verstopt in een hoekje, een toetsenist die rustig zijn ding doet en een drummer die zijn kit er flink van langs geeft en dan komt het werk live een stuk beter tot zijn recht dan op plaat. Vooral bij prachtsong Sulfur Giants en het beukende Prayer For Death And Fire komt de zaal goed los en er is zelfs tijd voor een ballade als Ghostriders. Hoewel het publiek baalt als slotnummer Come Crimson Death lijken Jess en haar mannen stiekem toch opgelucht, omdat het zichtbaar bloedheet was onder de lampen op het podium. Tijd voor een toegift is er helaas niet, maar een gedenkwaardig optreden was dit zeker! (Nicole)
Zelfs op een festival dat opgericht lijkt voor buitenbeentjes vormt Teeth Of The Sea een buitenbeentje. De muziek van de vier Londenaren is moeilijk in een paar woorden te vatten: Het is instrumentale experimentele avantgardenoise met veel punk, krautrock en elektronica. Het instrumentarium bestaat naast gitaren uit walkmans, een trompet, een iPod en analoge keyboards. Dit alles wordt bij elkaar gehouden met elastiekjes en plakband, waardoor het podium in The Green Room de aanblik biedt van een rommelzolder. Uit deze rommel weten de vier bandleden al improviserend een geluidsmuur op te trekken die zelfs voor Roadburnbegrippen imponerend genoemd kan worden. De nadruk ligt tijdens het optreden op materiaal van het album Orphaned By The Ocean, maar door het spontane karakter en de heftige improvisaties valt ook de trouwste fan van de ene in de andere verrassing. Af en toe laat de techniek de mannen een beetje in de steek en met name de gitarist is geregeld met snoertjes en plugjes in de weer. Het doet aan het totaalplaatje gelukkig niks af. Teeth of the Sea is een zeldzaamheid: een band die cht in geen enkel hokje past. Wie erbij was kan dat beamen. (Misha)
Op een gegeven moment wordt ondergetekende een beetje moe van de hoeveelheid stoner en besluit even een kijkje te nemen bij Die Kreuzen in plaats van bij Elder. En daar heb ik niet verkeerd aan gedaan. Hoewel stonerformatie Elder naar horen zeggen een wereldshow speelde en bij Die Kreuzen de grote zaal van de 013 maar voor de helft gevuld is, is dit optreden zeker de moeite waard. Deze herenigde jaren tachtig band maakt aanvankelijk hardcore punk, maar voegt daar later heavy metal- en alternatieve rock-elementen aan toe. Ook anno 2013 komt dit gevarieerde geluid nog steeds uitstekend uit de verf, mede dankzij het feit dat zanger Dan Kubinski met zijn melodieuze vocalen goed bij stem is. Hoewel de animo beperkt is (de volgende dag zou dat anders zijn met een optreden in een overvolle Green Room, waar Die Kreuzen beter tot hun recht komen), hoort een dergelijke grensverleggende band zonder twijfel op dit festival thuis. Roadburn blijft een pioniersfestival en geen pure stoner/doom-carrousel. (Kees)
Opnieuw een wachtrij voor de ingang van het Patronaat. Ditmaal is het uit Boston afkomstige Elder dat volle zalen trekt. Het duurt enige minuten voordat ondergetekende binnen staat, maar dan is ook wel duidelijk waarom de zaal propvol is. Er zijn veel bands die maar wat aanklooien als het op stoner aankomt. Niet Elder! Nee, deze drie heren zijn ervoor geknipt. Het aardige is dan dat ze eigenlijk helemaal geen spectaculair materiaal hebben. Natuurlijk zit het prima in elkaar, maar er is flink gespiekt bij grootheden als Kyuss en Sleep. Het optreden is vlammend, energiek en bevlogen! Hoewel ik door de drukte niet verder kom dan een plekje achter de geluidsman, is het genieten geblazen. Terwijl ik zie hoe langzaam al zijn lichtjes op rood springen, kan ik niets anders doen dan concluderen dat de boel op tilt springt vanwege alle gaafheid. Gewoon doorgaan met headbangen tot het geheel tot een eind komt. Elder is een hoogtepunt van deze editie van Roadburn. (Ruud)
Het Amerikaanse Ash Borer is door uitstekende werkstukken als Cold Of Ages en de recentelijk verschenen Bloodlands E.P. in kort tijdsbestek uitgegroeid tot een van mijn favoriete blackmetalgroepen van dit moment. De zwaar op Wolves In The Throne Room-leest geschoeide black metal combineert repetitieve, zalvende riffs met monotoon voortrazend drumwerk, waarmee een intense, bij vlagen haast claustrofobische, maar ook hallucinerende sfeer wordt gecreerd. Het vervreemdende, echond gekrijs van zanger K. voegt extra cachet toe aan de uitgestrekte, wijds klinkende nummers, die zonder uitzondering de tienminutengrens passeren. Het potentieel van de band komt vandaag echter niet helemaal uit de verf, wat vooral door het slecht afgestelde geluid komt. In plaats van zalvende riffs die de boventoon voeren, is nu vooral de dreunende bas oververtegenwoordigd. Bij vlagen weet Ash Borer de kwaliteit van de platen te benaderen, maar toch had ik iets meer hiervan verwacht. (Rik)
In 2011 vertolkten industrial-grootmeesters Godflesh hun debuutalbum Streetcleaner (1989) al live op Roadburn. Nu keren het Engelse duo terug om hetzelfde te doen met het tweede album Pure, uit 1992. Genadeloze monotone riffs, begeleidt door een drumcomputer. Dit is zeer uitgeklede, maar toch aanstekelijke ritmische muziek. De hele zaal deint gehypnotiseerd mee; de geconcentreerde geluidsman incluis. Een optreden dat vraagt om meer, ook door de leek. Godflesh past prima in het rijk geschakeerde kleurenpalet van Roadburn. (Kees)
Terwijl Godflesh op het hoofdpodium tekeer gaat, is het gezellig druk in de kleine zaal. Voor wie tegen middernacht liever uitgesponnen progressieve rock opzoekt dan industrial, zit goed bij My Brother The Wind. Er wordt wel eens gesproken over bands die muzikale landschappen creren. Je moet het ervaren om het te begrijpen. Deze heren beschikken in elk geval over de vaardigheid tot het maken van zulke muziek en worden doeltreffend bijgestaan door de prachtige projecties die de achtergrond vullen. Zeker de vulkaanuitbarstingen passen prachtig bij deze muziek. Je zou bijna wensen dat documentairemakers eens dit soort bands zouden moeten opzoeken. My Brother The Wind vult het uur dat ze krijgen in elk geval moeiteloos met prachtige stukken muziek waar langzaam maar zeker naar verschillende hoogtepunten toegewerkt wordt. Het kan niet op vandaag met zoveel sterke optredens! (Ruud)
Asphyx stamt nog uit een tijd dat doom vooral stond voor uiterst traag gespeelde death metal, zonder de latere invloeden van stoner en sludge. Binnen de lineup van Roadburn vormen ze een beetje een eenling. Dat kan echter niet voorkomen dat het Patronaat rond half twaalf s avonds uitpuilt en de sfeer geladen is. De mannen rond oerlid Bob Bagchus en zanger Martin van Drunen hebben beloofd vanavond de nadruk te leggen op hun tragere, meer doom-georinteerde materiaal en dat maakt nieuwsgierig. De band opent sterk met Der Landser en de als altijd uitstekend gehumeurde van Drunen bespeelt het publiek op vakkundige wijze. Hij doet zijn aankondigingen in eerste instantie in het Engels, maar schakelt al snel op Nederlands over als blijkt dat het grootste deel van de zaal met Nederlanders gevuld is. De setlist is inderdaad traag en zwaar, al glipt er af en toe ook een razendsnelle beuker als Deathhammer doorheen. Geen verrassend optreden, wel solide en enthousiast. (Misha)
Setlist Gold:
1. Antebellum
2. North
3. Love,The Magician
4. Gone Under
5. Rhiannon
6. One Of Us
7. Dreams
8. Ruby
9. The Hunt
Pagina 1: donderdag
Pagina 2: vrijdag
Pagina 3: zaterdag
Pagina 4: zondag - Afterburner