Op een grijzige dag, direct nadat de laptop dichtgeklapt is, reist menigeen af naar Ulpia Noviomagus Batavorum, oftewel Nijmegen. De deuren van Doornroosje gaan al om 14:30 open, omdat de eerste band al om 15:00 begint. Het is niet iedereen gelukt om vrij te krijgen/nemen.
Zodoende staat er bij aanvang slechts honderd man nieuwsgierig naar het podium te staren als de Italiaanse formatie Ponte Del Diavolo het rood verlichte podium betreedt, terwijl Je Ne Regrette Rien van Édith Piaf van de backing track wegdooft. Opvallende visuele elementen zijn het vrij minimalistische drumstel en de microfoonstandaard van zangeres Erba del Diavolo. Muzikaal is het moeilijk grijpbaar. Dat is overigens een pluspunt. Daar houden wij hier op Soulcrusher wel van. Met een combinatie van doom en black metal met een gotisch tintje kom je al gauw uit op een term als modern metal. Die ongrijpbaarheid weerspiegelt zich in het gedrag van de aimabele frontvrouw die de ene keer als dominante diva de zaal instaart en de andere keer met wulpse speelsheid het publiek bespeelt.
Over naar de kleine(re), zogenoemde Paarse Zaal waar het Britse duo Zetra, dat 13 september met zijn selftitled debuut kwam, heeft plaatsgenomen op twee risers. Over aankleding is duidelijk nagedacht. Corpse paint, kettingen en gotisch georiënteerde kleding zorgen voor visueel vermaak. Muzikaal is het al even interessant. De combinatie van gothic, heavy metal en shoegaze gelardeerd met synthwave is op zijn minst origineel te noemen. Helaas klinkt het geheel na verloop van tijd wat eentonig.
Het in 2019 opgerichte Lamp Of Murmuur is met drie albums op zak een redelijk productief gezelschap. Ook hier is gedacht aan aankleding. Het in zwarte monnikspijen en mondmaskers geklede blackmetalcollectief pakt het muzikaal echter een stuk traditioneler aan. De inmiddels goed gevulde zaal slaat gade hoe de onvervalste, groovende black metal door de Amerikanen de zaal in wordt geslingerd. Ondanks het hoge volume klinkt alles goed doordacht en gebalanceerd. De stroboscoop en de rode lampen versterken de sinistere sfeer. Er wordt hier en daar stevig geheadbangd. De party is aan.
Hoewel geen enkele band standaardmetal maakt, springt Five The Hierophant dit weekend het meest uit de ban. Dat begint al met het instrumentarium, waarvan de saxofoon de meest prominente, maar niet eens de meest opmerkelijke is. De ietwat surrealistische sfeer wordt visueel (wederom) aangekleed met monnikspijen en de wierook geeft het geheel een extra exotisch en bedwelmend tintje. Als we hier een labeltje op moesten plakken zou het blackened doomjazz zijn met heel veel 'post'. Opvallend is ook de met strijkstok bespeelde elektrische gitaar.
Het Zweedse, in 2017 opgerichte Dödsrit gooit het over een heel andere boeg en dat wordt niet alleen gekenmerkt door de blauwe lampen. De met heavy-metalinvloeden opgedirkte black metal die af en toe richting crust neigt, gaat er echter goed in. Vol zelfvertrouwen zetten de heren een stabiele show neer. Stabiele factor is ook de overmatige hoeveelheid rook waarin de twee podia eigenlijk vrijwel de gehele dag gehuld zijn.
Bij terugkomst in de kleine zaal treffen we wederom een minimalistisch gezelschap aan. Tenminste, als het gaat om het aantal bandleden en het gebruikte instrumentarium. Gost bewijst dat black metal en ebm prima samengaan. Daar heeft de formatie slechts een toetsenist en een bassist voor nodig. Het mooie van Soulcrusher is dat er voor ieder wat wils is en dit is niet mijn wils. Zodoende is er ook ruimte voor rust. Boven is er een speciaalbierbar, beneden is er een eethoek en een koffiebar en natuurlijk kun je ook nog gewoon je pilsie scoren. De rokers en hun gezelschap voor de deur laven zich echter ook aan zaken die men bij de AH To Go en zijn buren op het station gehaald heeft.
Inter Arma vult het podium met zes man en veel verschillende sferen. De in 2006 opgerichte Amerikaanse band bedient zich namelijk van nogal wat verschillende stijlen. De heren weten psychedelische en progressieve elementen moeiteloos te verweven in hun sludge, doom, black en death metal en voegen daar met gemak nog wat postmetal aan toe. Zo wordt een episch instrumentaaltje opgevolgd door intense blackened death. Dat maakt de heren stijlvol en interessant. Het genreoverstijgende gezelschap weet de aandacht goed vast te houden.
De heren van het in 2007 opgerichte, Amerikaanse Woe zijn een stuk monotoner. Hun black metal kent één versnelling en één toonhoogte. Zij moeten het dan ook vooral hebben van het satanische sfeertje dat zij oproepen. Daar lusten we wel worst van en zo brengen publiek en band elkaar naar hogere sferen.
Met Blackbraid is Amerika - dat wil zeggen: de Verenigde Staten ervan - goed vertegenwoordigd. Het soloproject van Sgah'gahsowáh trapt af met een tribaal intro van backing track om vervolgens in dezelfde versnelling in lekker smerige black metal te belanden. Met name de energie van de frontman werkt aanstekelijk. De gruizige sound dwingt en verleidt menigeen tot headbangen. Hoewel het tempo hier en daar kortstondig omlaag geschroefd wordt, speelt men voornamelijk in de hoogste versnelling. De dikke lagen rook in basaal rood licht versterken de sfeer. Enige smetje op het optreden is dat de drums - en dan met name de kick - te hard staan afgesteld.
Het progressieve Hippotraktor komt bevlogen uit de startblokken, zoals we dat van de Belgen gewend zijn. Stefan de Graef schakelt na twee woorden Nederlands gelukkig voor het in grote getale opgekomen buitenlandse publiek over naar het Engels als hij het publiek toespreekt - overigens een zeldzaamheid dit weekend. De meeste bands houden het bij de muziek. Hij wisselt zijn kwartslag gedraaide positie achter de microfoon tussen de snarenplukkers af met dansjes en aanmoediging richting zijn toeschouwers, die hij uiteraard voorop het podium laat plaatsvinden. Ook hier staan de drums erg hard, maar overall is de sound fantastisch. Onder invloed van de alcohol, die hier en daar rijkelijk vloeit, ontstaat er zelfs een moshpit. De heren uit Mechelen leveren een geïnspireerd optreden af dat terecht wordt getrakteerd op een enthousiast onthaal.
Health is voer voor dansliefhebbers. De elektronische noisy industrial rock laat de heupen van menig toeschouwer bewegen, iets waar niet elke metalhead even vaardig in is. De in 2005 opgerichte formatie uit Los Angeles weet met zijn primitieve soundscapes - zoals de eigen omschrijving luidt - de aandacht echter goed vast te houden.
Hoewel Thantifaxath ook uit Noord-Amerika komt, is Canada het thuisland van deze zwartgeblakerde heren. In alle opzichten een terechte headliner, want alles ademt professionaliteit. Een strakke lichtshow versterkt de sonische rollercoaster die gekarakteriseerd wordt door noisy dissonanten. Met tempowisselingen en contrasten weet het trio de aandacht moeiteloos vast te houden en de eerste dag succesvol af te sluiten.