Donderdag
Twee zalen die zich in hetzelfde huizenblok bevinden en onderling met elkaar verbonden zijn, vormen het toneel van het weekend. De Rockefeller, een zaal die qua formaat vergelijkbaar is met de grote zaal van de Amsterdamse Melkweg en John Dee, een kelderruimte die aan de Rotterdamse Baroeg doet denken. Inferno voelt daardoor vrij kleinschalig aan, veel kleinschaliger dan bijvoorbeeld Netherlands Deathfest in 013. Die intimiteit wordt versterkt door de ons kent ons-sfeer die er hangt: veel artiesten staan tussen de fans naar hun optredende collegas te kijken en menig band spreekt het publiek in het Noors toe. De sfeer is echter niet uitbundig: het Noorse publiek staat met de armen over elkaar naar de optredens te kijken waarbij enige blijk van enthousiasme of waardering voor de bands zo goed als afwezig is. Een fatsoenlijke moshpit heb ik het hele weekend niet gezien. Wellicht komt dat ook omdat men zijn of haar vloeibare kapitaal wil beschermen, want voor een halve liter bier moet je in Noorwegen toch wel een euro of negen rekenen. Als men zich daar overheen zet, is Inferno zonder meer een festival dat de moeite waard is om eens te bezoeken. Dit vanwege de vele randactiviteiten die het festival organiseert, zoals conferenties, gitaarclinics en filmvertoningen, maar natuurlijk vooral vanwege de dit jaar wel heel sterke line up!
Door de lange rij voor de deur en de garderobe, is Naglfar de eerste band die ik dit festival zie. Meteen valt het goede geluid en de intieme setting van de Rockefeller op: ondanks dat het uitverkocht is, sta je overal dicht op de band. De onmiskenbaar Zweeds klinkende melodieuze blackened death metal weet zeker te bekoren, ook vanwege de levendige presentatie van vocalist Kristoffer Olivius. Toch zal de band altijd in de schaduw van land- en genregenoten Dissection, Sacramentum en Dawn staan. Tevens had de setlist ter aanvulling van keuzes van de laatste drie albums zeker wat werk van het debuut Vittra (1995) mogen bevatten. Naglfar is een fijne manier om het festival te beginnen, maar zal naar verwachting niet als een van de hoogtepunten genoteerd worden.
Een band die wel al vroeg op de dag piekt, is ons eigen Dodecahedron. De band uit Tilburg creerde op Kwintessens (2017) een bijzonder duister en dissonant geluid, waar de misantropie vanaf druipt. Vandaag komt dat in de John Dee ook perfect uit de verf. De post-black wordt vol overgave gebracht en dat enthousiasme slaat over op het publiek. En hoewel de heren ogen alsof ze net van de bank stappen, heeft Dodecahedron eenkwaadaardigere uitstraling dan menig alhier optredende blackmetalband.
Neem nou bijvoorbeeld Shining, het vehikel van enfant terrible Niklas Kvarforth en een van de meest beruchte bands uit de extreme metal. Het optreden van vandaag is tam en zelfs een beetje aan de saaie kant. Kvarforth is nog steeds het middelpunt van de aandacht, maar nu niet vanwege het ruzie zoeken met het publiek, automutilatie of een sterke prestatie. Zijn gefluisterde en gekreunde vocalen en de praatjes tussen de nummers door doet dit keer een beetje zeurderig aan. Het leidt de aandacht af van de zeer goed spelende muzikanten, want de muziek van Shining bezit nog steeds zeldzaam rockende riffs en heerlijke solos. Met de totaal ontspoorde shows van een jaar of tien geleden, of juist een concert als op Graspop 2016, toen men de muziek voor zichzelf liet spreken, in de herinnering, maakt Shining erg weinig indruk.
Uada uit Portland, Oregon combineert de erfenis van Dissection met meeslepende composities zoals het onvolprezen Mgla die schrijft. Nummers als Natus Eclipsim en Devoid Of Light zijn agressief en vergeven van de snelle blastbeats, doch heel melodieus en toegankelijk. De in kappen gehulde bandleden excelleren voor een volle John Dee. Na Dodecahedron weer een veelbelovende, jonge band die diepe indruk maakt. Een band om rekening mee te houden voor de toekomst en men moet zeker uitkijken naar het aankomende album Cult Of A Dying Sun.
Het Zweedse blackmetalzwaargewicht Dark Funeral kondigt aan op Inferno een speciale setlist te spelen om het vijfentwintigjarig jubileum van de band te vieren, inclusief spectaculaire stageshow. In de praktijk blijkt het echter om een vrij doorsnee concert te gaan, zoals veel aanwezigen al eens eerder ervaren zullen hebben. Het zelden gespeelde Open The Gates, het eerste nummer van de allereerste ep die de band in 1994 uitbracht, is de enige verrassing. De focus ligt net als tijdens de festivalshows in 2016 op het uitstekende laatste album Where Shadows Forever Reign (2016), aangevuld met vertrouwde nummers als The Arrival Of Satans Empire, The Secrets Of The Black Arts en My Funeral. Daarnaast blijft het vuurwerk beperkt tot de muziek en valt er behalve de aanblik van de geharnaste bandleden weinig aan show te beleven. De set weet echter zonder meer te bekoren. Frontman Heljamardr, die sinds 2014 deel uitmaakt van de band, is misschien niet zon indrukwekkende aanwezigheid als Emperor Magnus Caligula, maar doet het vocaal prima. Al met al biedt Dark Funeral bevredigende degelijkheid.
De belangstelling voor One Tail, One Head is zo groot dat de John Dee volledig volloopt en zelfs afgebakend wordt met een afzetlint, waarna het deurbeleid one out, one in is. Eer ik binnenkom, is de band al halverwege een set die de aanwezigen duidelijk weet te bekoren. De primitieve en hondsagressieve black metal doet de vlam in de pan slaan. De volgende keer dat de band ergens speelt, ben ik er eerder bij.
Er is waarschijnlijk geen enkele band met wie mijn pad zo vaak gekruist is als Obituary. De band staat dan ook niet hoog op mijn prioriteitenlijstje voor het weekend, maar de eerste tonen van Redneck Stomp toveren toch een brede glimlach op mijn gezicht en wanneer John Tardy zijn uit duizenden herkenbare, nog altijd ijzingwekkende gekrijs laat horen is het feest al helemaal compleet. Obituary staat namelijk gelijk aan betrouwbaarheid. De lompe muziek en no-nonsensehouding maken Obituary tot de meest pretentieloze liveband in de extreme metal en dat is na de overdaad aan bloedserieuze black metal erg verfrissend. De set, die erg gericht is op de laatste twee albums Obituary (2017) en Inked In Blood (2014), draait om grooven, beuken en headbangen. Een handvol klassiekers van het onaantastbare Cause Of Death (1990) ontbreekt uiteraard ook niet. Lekkere dagafsluiter!