Het valt soms niet mee om een band te vinden die nog enigszins origineel voor de dag komt. Ook in de stoner-/heavy psychhoek is vernieuwing vaak ver te zoeken. Het Londense Elephant Tree hangt er qua mate van originaliteit een beetje tussenin. Het wiel opnieuw uitvinden doen deze heren zeker niet. Toch voegt de band op het debuut Theia (2014) en de zelfgetitelde nieuwe plaat regelmatig eigen ingredinten toe. Hierdoor komen de liedjes van Elephant Tree vrij fris voor de dag, in een genre waar de riff nogal eens belangrijker wordt geacht dan de song zelf.
Desondanks heeft de riff op de nieuwe plaat behoorlijk wat terreinwinst geboekt ten opzichte van het vorige album. Deze ronkende gitaarriffs luisteren prima weg. Toch maken de Londenaren niet de fout door deze riffs voorop te stellen. Waar op het debuut het sitarspel illustrerend was voor de sound, zit de kracht van Elephant Tree onder andere in de kwalitatief sterke vocale harmonien. Deze worden verzorgd door gitarist Jack Townley en bassist Peter Holland. Bij vlagen krijg je er zelfs een Simon & Garfunkel-gevoel bij, met name bij het akoestische Circles en Echoes. Laatstgenoemde dingt samen met het logge Aphotic Blues en het sfeervolle Surma mee voor sterkste song van de plaat. De tweede helft van Elephant Tree is dan ook beduidend sterker dan de eerste.
Hoewel Elephant Tree geen perfecte plaat is, biedt het zeker positieve aanknopingspunten voor de toekomst. Dit album bevat enkele veelbelovende liedjes, die zich door de kleine details onderscheiden van de massa. Als het zich zo blijft doorontwikkelen, kan Elephant Tree zeker uitgroeien tot een van de toonaangevende acts in dit genre. Al met al een groep om dus goed in de gaten te houden.
Tracklist:1. Spore
2. Wither
3. Dawn
4. Circles
5. Aphotic Blues
6. Echoes
7. Fracture
8. Surma