Eros Necropsique maakt op "Crises de Lucidit" gebruik van een vrij breed spectrum aan (artificile) instrumenten, echter de sound behoudt een zekere eenvoudigheid doordat de band er niet te veel tegelijk van gebruikt. De sterkste punten van de sound zijn de mooie klavierklanken en de zanglijnen van klassiek geschoolde zangeres Jeanne. Ik kan me voorstellen dat het voor een band als Eros Necropsique verleidelijk is om zulk soort zang een dominerende positie te geven, maar in dit geval hebben ze de juiste verhoudingen gevonden.
Maar Eros Necropsique kent ook een kritiek aspect, en dat is de 'zang' van bandleider Olivier. Ik zet 'zang' tussen aanhalingstekens omdat er niet echt sprake is van zang, zijn teksten worden eerder gesproken. Daar is natuurlijk niets mis mee (het past goed bij de muziek en de concepten), maar hij heeft nogal een zeurderig, irritant stemgeluid. Ik vind zijn vocale bijdrage hier dan ook de zwakste schakel, maar zoals ik al aangaf is dat meer een kwestie van smaak. Laat ik nu even kort de tracks behandelen.
Het openingsnummer, "Le Commencement d'une Fin" is een vrij minimalistisch stuk, dat na vijf minuten plotseling overgaat op wat zwaardere muziek met zeer verstoorde gitaar, piano en vrouwenzang. "La Fable de Lisier" is een totaal verschillend nummer, met z'n vrolijke fluitmelodien, klavierklanken en tribal percussie. In het duistere "Le Ncrophile" horen we weer dreigend gitaarwerk, en het nummer kent een typische gothic sfeer. Een van de mooiste nummers van deze cd is "Reflets d'univers", een dromerige, tragische compositie die vooral op de schitterende zang van Jeanne steunt. Min of meer in het verlengde van dit nummer ligt "Ce Que Charrie le Flot de Vie". Ook al zijn er qua instrumentatie wel degelijk verschillen aan te wijzen, zijn het tempo en de tragiek van de melodien ongeveer gelijk aan de voorganger. Het zesde nummer, "La Voix", is een van de meer opvallende tracks van het album. Het kent frisse en originele klanken en eenvoudige, doch sterke zangmelodien. Hier komen ook de gesproken stukken van Olivier het best uit de verf. Hierna volgt het folky "La Pluie d'Or". Als groot liefhebber van (traditionele) folk is dit nummer dan ook mijn favoriet van het album. Ondanks de vrij vrolijke, springerige melodien weet Eros Necropsique z'n duistere, melancholische kenmerken te behouden, wat ik wel bijzonder vind. "Alcool" is de afsluiter van het album, en doet dat op kalme, rustgevende wijze. Gewoon wat onheilspellende, bombastische synths, wat gelul en klavierspel van Olivier erover, en de cd is afgelopen. Als een kaars die langzaam opbrand. Nou ja, dat eigenlijk niet. Maar ik vind het wel passen bij deze plaat.
Een uitstekend album. Ga hem luisteren, als je van folk en/of ouderwetse gothic houdt.
Tracklist:
1. Le Commencement d'Une Fin
2. La Fable du Lisier
3. Le Ncrophile
4. Reflets d'Univers
5. Ce Que Charrie le Flot de Vie
6. La Voix
7. La Pluie d'Or
8. Alcool