Chimaira bestaat met bassist Jeremy Creamer, leadgitarist Emil Wrestler en toetsenist Sean Zatorsky voor vijftig procent uit bandleden van Dth, aangevuld met slaggitarist Matt Szlachta en drummer Austin D'Amond. Mark Hunter heeft in ieder geval voor genoeg routine gekozen. Een veilige keuze, maar natuurlijk erg begrijpelijk. Het heeft Crown Of Phantoms tot een album gemaakt dat volledig in balans is, maar niet bijster schokkend.
Opener The Machine heeft qua industrial sfeer en staccato-riffs veel weg van een Fear Factory-song, maar voor de rest is er weinig ruimte voor verrassingen. De plaat is gevuld met elf hoog-kwalitatieve pure metaltracks, uitstekend geproduceerd en knap gecomponeerd. Wel wordt er naar mijn gevoel wel heel erg op safe gespeeld. Nooit weet Chimaira cht eens goed uit de bocht te vliegen of je zwaar bij de keel te grijpen. Dat voelt toch wel als een gemis.
Toch mag de Chimaira-fan zich weer verheugen op hele vette grooves in de riffs en lompe breaks. Crown Of Phantoms mag dan misschien geen memorabel album zijn geworden, dankzij pure vakmanschap is het wel een hele behoorlijke plaat geworden. Een plaat die ook gewoon een plekje verdiend in de discografie van de band en in de kast van de fans.
Tracklist:
1. The Machine
2. No Mercy
3. All That's Left Is Blood
4. I Despise
5. Plastic Wonderland
6. The Transmigration
7. Crown of Phantoms
8. Spineless
9. Kings of the Shadow World
10. Wrapped in Violence
11. Love Soaked Death