Het gaat wat ver om de term 'supergroep' in de mond te nemen, maar feit is dat het drietal achter RLYR zijn sporen ruimschoots heeft verdiend. Deze Amerikaanse band bestaat namelijk uit niemand minder dan Steven Hess (drummer en 'elektronica-man' van de ambient/drone/post-blackmetalband Locrian), Colin DeKuiper (de oorspronkelijke bassist van de instrumentale post-rockband Russian Circles) en Trevor Shelley de Brauw (gitarist van de klassieke post-metalformatie Pelican). In 2016 debuteert de band met Delayer, een album dat vooral opvalt door de drientwintig minuten durende mammoettrack Descent Of The Night Bison. Twee jaar later ligt Actual Existence in de schappen, dat eveneens uit vier lange, wat meanderende composities bestaat.
Ondanks de belofte die de groep door zijn line-up in zich draagt, is RLYR echter nooit echt doorgebroken. De eerste twee albums laten aardige ideen horen, maar missen ook de urgentie en intensiteit die wel regelmatig te horen zijn in de muziek van de primaire bands van het drietal. Wellicht is het daarom goed dat RLYR iets langer tijd heeft uitgetrokken voor zijn derde langspeler. Het titelloze plaatwerk, dat sinds mei dit jaar in de schappen ligt, is voor een groot deel geschreven voordat de coronapandemie uitbreekt. De band gebruikt de tijd die ontstaat door het ontbreken van tourmogelijkheden om gestaag aan de nummers te blijven schaven en slijpen, voordat de heren in 2021 met producer Sanford Parker aan het werk gaan.
Ook al heeft RLYR langere tijd aan de nummers op dit titelloze, derde album gewerkt, de muziek ligt verder eigenlijk volledig in het verlengde van de vorige albums. Dat betekent instrumentale post-metal met nu eens wat sludgy riffs, dan weer wat meer ruimte voor sfeervolle intermezzo's. De vijf nummers op deze schijf zijn eigenlijk allemaal min of meer op dezelfde manier opgebouwd. RLYR wisselt hoekige post-metal af met tegendraadse, mathrock-achtige ritmes en af en toe een dromerige passage, die meer richting post-rock neigt. De sporen van Russian Circles en met name Pelican liggen aan de oppervlakte. Dat betekent dat de uitvoering zeer gedegen is, maar de muziek ook wel wat eenvormig wordt.
De uitzondering op de regel is het sterke Head Womb, het meest afwisselende nummer op dit album. Deze track bouwt sterk op met een simpel, maar effectief drumritme, akoestisch getokkel en traag opbouwende basritmes, om halverwege ineens in venijnige blastbeats uit te barsten. De lekkere, 'noisy' gitaarerupties die op meerdere momenten opduiken, smaken naar meer. Ook met het afsluitende Codeine Horse komt RLYR genspireerder over. Hoewel de track, die ruim een kwartier duurt, wat langzaam op gang komt, bouwt de band op naar een luidruchtige orgie van gierende gitaarriffs en dreunende drumaanslagen. Op dit soort momenten is RLYR op zijn best.
Een sterke troef van RLYR is bovendien de uitstekende productie die het schijfje heeft meegekregen. Parker toont zich namelijk (wederom) een waar vakman. Alle details komen uitstekend tot hun recht en de muziek is zwaar, maar heeft ook voldoende ademruimte meegekregen. De eindbalans valt onder de streep dan ook positief uit. RLYR levert vakmanschap af voor de liefhebbers van instrumentale post-metal, maar de muziek blijft soms wat te klinisch. Daardoor is het moeilijk om je er als luisteraar cht in onder te dompelen.
Tracklist:
1. Distructure
2. Wrack
3. Real Air
4. Head Womb
5. Codeine Horse