Met het ijzersterke Somniloquy wordt meteen een ijzige sfeer neergezet, die Akhlys de rest van het album vast weet te houden. Kille gitaarpartijen vliegen je om de oren en laten binnen de eerste minuten van het album al rillingen over je rug lopen. De repetitie in de partijen zorgt ervoor dat je de nummers in wordt gezogen. De stem van Alcameth is kil en grommend. Zijn veelvoorkomende lange, rauwe uithalen klinken grimmig en werken goed samen met de rest van de muziek. Verder wisselt hij veel, van korte, stotende lage uitspattingen tot gekmakend gefluister.
Eoghan heeft Ain vervangen als drummer. Zijn drumwerk is snel en hard en werkt vaak ondersteunend bij de repetitieve gitaarpartijen. Wanneer zijn spel even op de voorgrond treedt, is dat vaak om een climax nog intenser te maken.
De invloeden van dark ambient maken de muziek nog duisterder. Zo begint Pnigalion met een gedicht, ondersteund door duistere geluiden. De meerdere vocale lijnen maken de voordracht haast vervelend om naar te luisteren, wat ongetwijfeld het doel van de artiesten is. Het daaropvolgende Succubare is een ambientnummer dat als een soort interlude dient. Ook hier zorgen de meerdere stemmen voor een schizofreen gevoel, dat wordt versterkt door de nare en kille dark ambient.
Melino is een ervaring die je als luisteraar in zijn geheel moet ondergaan. Het album zit zo bomvol sterke punten dat een hoogtepunt uitkiezen gekkenwerk is. In drie kwartier word je meegevoerd door de krochten van je eigen onderbewuste. Er zijn geen passages van hoop te ontdekken, enkel duisternis. De uitmuntende muziek zorgt er gelukkig voor dat je deze reis vaker wil maken. Als je het gevoel hebt dat je de laatste tijd te goed hebt geslapen en toe bent aan een nachtmerrie, is dit album zeker een aanrader.
Tracklist:
1. Somniloquy
2. Pnigalion
3. Succubare
4. Ephialtes
5. Incubatio