Als ik iets na achten een verrassend goed gevulde Baroeg betreed, blijkt Obdidian Kingdom echter al klaar te zijn. Naar verluidt is de muziek van dit gezelschap de moeite waard, maar dat moet dan maar een keer op plaat beluisterd worden. Inmiddels wordt het podium gereed gemaakt voor Sahg, een band die met vier goed ontvangen albums en een deal bij Indie Recordings de status van voorprogramma toch wel ontgroeid is. Die mening lijkt de sympathieke frontman/gitarist Olav Iversen ook te zijn toegedaan als hij grapt of de menigte ook nog wel even blijft voor het ‘naprogramma’ van vanavond. Ik ben nog niet bekend met de band, dus vanavond is mijn eerste kennismaking, maar aan het publieksonthaal te horen, is Sahg inderdaad inmiddels een gevestigde naam.
De band is al eerder met Sólstafir op tour gegaan en dat is blijkbaar van beide kanten goed bevallen. De nadruk ligt vanavond op het recentelijk verschenen, vierde album Delusions Of Grandeur, waarvan onder andere nummers als Slip Off The Edge Of The Universe en Ether voorbij komen. Het geluid klinkt vooral in het begin niet helemaal goed (zo komt een van de gitaristen maar met moeite boven de rest uit, waardoor vooral de solo’s onopgemerkt blijven), maar de band komt desondanks enthousiast over. Hoewel de zang een kwestie van smaak is, weet Sahg vooral tijdens de lekker log groovende, instrumentale stukken aardig te imponeren. De zaal reageert naarmate het optreden vordert dan ook steeds enthousiaster. Naast nieuw werk passeren ook oudere nummers als Hollow Mountain en Pyromancer de revue. Het materiaal ligt eigenlijk grotendeels in elkaars verlengde. Een solide optreden dat naar meer smaakt.
Na een half uurtje pauze is het tijd voor het zogenaamde ‘naprogramma’. Al snel blijkt echter dat de eigenzinnige IJslandse formatie Sólstafir absoluut het hoofdmenu van vandaag vormt. Hoewel de muziek van dit gezelschap relatief ontoegankelijk is, zegt het veel over de kwaliteiten van de band (en de smaak van het Nederlandse publiek) dat de reacties uit de (iets te) volle zaal zo lovend zijn. Door de soms wat lange pauzes en de vreemde humor van zanger Aðalbjörn Tryggvason (het is in ieder geval de eerste keer dat ik een frontman op droogkomische wijze hoor vragen of het publiek even zijn kop wil houden), is het in het begin nog een beetje aftasten. Maar naarmate het optreden vordert, pakken die rare IJslanders het publiek uiteindelijk volledig in.
Het optreden is dan ook bij vlagen magisch (bij het titelnummer van Svartir Sandar bijvoorbeeld). Het zijn vooral de meest ingetogen, dromerige momenten (waarbij zelfs een band als Sigur Rós ter referentie genoemd kan worden) dat Sólstafir op zijn best is. Geniale uitvoeringen van Lágnætti en Fjara zorgen voor kippenvel en een klaterend applaus na afloop. Maar degenen die de muziek van deze band kennen, weten dat Sólstafir vooral uitblinkt in diversiteit. Naast fragiele en breekbare passages is het optreden daarnaast dan ook ruw en onstuimig, met logge, stuwende riffs en stoere baslijnen. Tel daar een zanger bij op die een uniek en bijzonder intens stemgeluid heeft – en die bovendien volledig opgaat in zijn performance – en het recept voor een bijzonder optreden is compleet. De band weet ruim anderhalf uur te intrigeren en te boeien. Wanneer met het kolossale, twaalf minuten klokkende Goddess Of The Ages is afgesloten, kan het publiek dan ook dik tevreden huiswaarts keren.
Setlist Sólstafir:
1. Köld
2. Lágnætti
3. Rismál
4. Ótta
5. Þín Orð
6. Dagmál
7. Náttmál
8. Svartir Sandar
9. Fjara
10. Goddess Of The Ages