Want het is bands kijken, vrienden begroeten, merch en gitaarstands bekijken, (duur) eten, biertjes drinken en genieten - vooral genieten. Dat begint al bij de tramhalte Poller Kirchweg, waar de eerste gebroerderlijke knuffels (m/v/etc) worden uitgedeeld. De een haalt nog een snack bij het tankstation, de ander begeeft zich rechtstreeks naar Essigfabrik, waar Euroblast de laatste jaren zijn thuis heeft gevonden.
Keurig op tijd, en de bandnaam eer aan doend, trapt Time, The Valuator af. Heel druk is het nog niet, maar de eerste headbangs worden vakkundig geplaatst. Ook aan de zijde van de geluidstafel kan gesproken worden van vakmanschap. Waar de eerste bands normaal gesproken enigszins door de mand vallen met deze geluidsset, klinkt het gelijk als een klok. De uit het Roergebied afkomstige band profiteert daar optimaal van en bewijst dat djent nog lang niet dood is. Met de Billie Eilish-cover Lovely scoren de heren extra punten.
Als de intro van het januari dit jaar verschenen All Mighty Men - Drifting Through a Prosthetic Era aangezet wordt, draaien alle gezichten naar het podium. Het Franse progressieve gezelschap The Dali Thundering Concept maakt zich gedurende God Is Dead klaar voor een stevig potje metal, begeleid door een eigen set lampen. Ondanks dat de bekkens wat te hard staan en de zang wat te zacht, is het gelijk feest en de eerste circle pit is een feit. Als dit een voorbode is voor het niveau van de rest van de dag, dan wordt het nog wat, of staan de heren gewoon te vroeg op de bill? Wat maakt het uit? Het in 2010 opgerichte gezelschap weet van wanten en geeft een strakke post-metalcore-show weg om de vingers bij af te likken.
Het kelderpodium is met een podiumhoogte van nog geen dertig centimeter notoir lastig voor de wat kortere mens, zoals ik. Ik heb me bij Koj dan ook op tijd naar voren gewurmd, zodat ik goed kan waarnemen dat het drietal voor een alternatieve opstelling gekozen heeft: De drummer is de linkerspits, de toetsenist speelt rechtsvoor en de zangeres is libero. Ook hier is het geluid om de vingers bij af te likken. Dat is in de kelder wel eens anders geweest. De experimentele klanken van de jonge band vinden gretig aftrek bij het massaal toegelopen publiek. Dat is het voordeel dat de festivalopeners natuurlijk altijd ten deel valt, maar men komt hier ook voor de minder mainstream bands. De drie muzikanten uit Mnster maken namelijk nogal eigenaardige muziek. 'Deep dark indie' noemen ze het. Bij gebrek aan een betere term, sluit ik me er voor het gemak maar bij aan. Beheerst en trippy werken ze hun set af en onderscheiden ze zich van het gros van de line-up. Het is jammer dat we al zo vroeg aan de vreemde eenden in de bijt beginnen, want zoals later zal blijken, zijn die vrij zeldzaam. Ondanks dat er niet gemosht kan worden (of misschien wel juist daarom), staat het publiek te genieten. Hier komen we wel voor. Nice!
Dan is het de beurt aan de Wiesbadense progressieve heren Unprocessed. Ja, Duitsland is goed vertegenwoordigd dit jaar. Het eerder dit jaar uitgebrachte album Gold werd niet unaniem positief ontvangen door de fans, en de vraag naar de samenstelling van de setlist vandaag houdt de gemoederen dan ook bezig. Gelukkig is de band vandaag in topvorm. Volledig vertrouwend op de in-ears liggen er geen monitoren vooraan en met open vizier moedigen de mannen het publiek aan tot shouts, circle pits en al wat dies meer zij. Er is duidelijk gewerkt aan de stage-performance en dat betaalt zich uit. Enigszins verontwaardigd vraagt de band zich nog wel af of de security-mensen de crowdsurfers wellicht eens kunnen opvangen, want ook wat dat betreft is er flink beweging in het publiek. De goede mix tussen oude en nieuwe nummers stelt de fan van het eerste uur gerust. De fantastische sound, krachtige stageperfmance en perfecte lichtshow laten er geen twijfel over bestaan dat dit alvast een van de top-optredens van het festival is.
Een van de meest interessante releases van het jaar is toch wel False Light van het Oekraense White Ward. In tegenstelling tot dat andere grote muziekfestijn dat met 'Euro' begint, is de verkiezing van de beste band niet bij voorbaat gewonnen op Euroblast. Je moet meer doen dan uit Oekrane komen. Met hun experimentele post-black metal met saxofoon trekken de Oost-Europeanen echter wel de aandacht. En dat terwijl black metal toch doorgaans zwaar ondervertegenwoordigd is op dit festival. Al gauw blijkt dat de sax niet live gespeeld wordt. Dat is een flinke misser - een flinke domper, kun je wel zeggen. Een andere tegenvaller is dat de goudeerlijke geluidsset van Euroblast de gaten schiet in de matige balans van de gruizige black metal. Dat deert de gemiddelde bezoeker echter niet, en menigeen staat dan ook te genieten. Toch zou de band er goed aan doen om aan de geluidsbalans te werken. Gruizige black metal betekent niet dat je er met de pet naar kunt gooien. Als ze dat op orde krijgen, voorzie ik grote mogelijkheden.
Als afsluiter krijgen we vandaag Plini, die ons de nacht instuurt met zijn ingetogen, instrumentale virtuozenmetal. De Australische band onder leiding van Plini Roessler-Holgate weet niet alleen indruk te maken op de gemiddelde muzikant, maar maakt ook echte liedjes. Zo kan het verkeren dat de een met de tong op de grond de vingercapriolen van de Aussies staat te bewonderen en de ander genietend meeswingt. Daar geniet hij zelf ook van: "In case you can't tell from my stupid face, I'm having a lot of fun", drukt hij ons op het hart. Daar waar hij doorgaans met zijn cabareteske vaardigheden de lachers op zijn hand heeft, heeft hij het vandaag wat moeilijker. Hij moet het hebben van "I don't know how much you know British people, but they hate having fun." Uhm, ok, Plini. Nou, 'haha', hoor. Maar goed, als dat het enige is dat er schort aan het optreden, dan weet je gewoon dat het goed zit. De jazz metal gaat erin als ketellapper. Hij krijgt het publiek bovendien zo ver om de jarige Dave te feliciteren en zo heerst er een heus familiehuiskamergevoel. Geen vuiltje aan de lucht dus, maar misschien ook wel wat makkelijk.