Dat heeft natuurlijk gevolgen voor de opkomst. U hoeft geen helderziende te zijn om te begrijpen dat de balans op dit festival, dat doorgaans veel internationale bezoekers trekt, iets meer richting de nationale bezoeker uit zal vallen. Is die bezoeker zo midden in de zomer dan nog wel warm te draaien voor een mini-indoor-festival?
Het antwoord is een voorzichtige ja, maar met kanttekeningen. Heel vol wordt het niet, maar de voor deze scene zo kenmerkende familiaire sfeer openbaart zich al gelijk bij aanvang. Mensen kennen, herkennen en begroeten elkaar als oude vrienden, als de spreekwoordelijke Verloren Zonen. Er heerst een algeheel gevoel van verbondenheid, zonder dat het voelt als een exclusief feestje waar onbekenden niet welkom zijn. Dat zit hem natuurlijk in de muziek en de passie die men daar voor heeft. Je gaat niet naar Complexity Fest om je laveloos te zuipen en eens lekker lomp te gaan doen, zoals we dat kennen van sommige andere festivals. Klokslag 17.00 uur trappen we af.
Autarkh, of Autarkh III, zoals de band officieel op de bill staat, blijkt herinterpretaties van eigen songs te spelen. Waar de band normaal gesproken snoeihard uithaalt met mokerharde experimentele metal, is het vandaag ingetogen. Gitaristen Michel Nienhuis en David Luiten zitten nota bene op een stoel!
Zij worden begeleid door Tijnn Verbruggen, in de rol van wat ik dan maar even oneerbiedig dj noem. Hij heeft echter veel meer (figuurlijke) noten op zijn zang dan wat plaatjes aan en uit zetten. Hij produceert namelijk allerlei soundscapes en beats. Hoe? Geen idee, want dat is verborgen achter zijn opstelling.
Dat maakt ook helemaal niet uit, want Autarkh draait om de sfeer en terwijl het buiten prima zomerweer is, is de band ook in deze bescheiden setting duister en introspectief. Wie kwam om vermorzeld te worden moet dus wel even schakelen, want vandaag is het onverwacht soft. Dat wordt echter wel opgesierd door momenten van onverwacht hard en dat maakt het onverwacht vet.
Het is bijzonder hoe de lyrics het meest herkenbare element zijn. De cleane samenzang doet denken aan Our Oceans (waar Michel ook in speelt). Zodra de harsh vocals echter de kop opsteken, komt de ware aard naar boven en laat de band horen waar het goed in is. Het trio maakt sowieso de meeste indruk als de lompe dronebeats hun werk doen en de gitaar lekker traag scheurt. Niet dat het in de rustige stukken niet interessant is, maar is het soms wel wat zoeken naar herkenning.
Aan het begin van de show stond het geluid nog wat te zacht in de slechts halfvolle zaal, maar dat komt al snel goed. Het geluid staat sowieso als vanouds steengoed afgesteld in Patronaat en daar plukt ook Autarkh de vruchten van. De songs hebben namelijk een vrij lange opbouw en dat vergt aandacht en geduld. Dat gaat natuurlijk het beste als het goed klinkt en dat doet het. Geduld wordt beloond. Zoals we van het Complexity Fest-publiek gewend zijn, staat men hier wel voor open. Het is muisstil.
Slechts richting het einde verslapt de aandacht van het publiek een beetje in de stukken die, zij het (wederom) enigszins oneerbiedig, nog het beste omschreven kunnen worden als experimenteel gefriemel, maar de eruptie aan het eind maakt het wachten meer dan de moeite waard. Complexity Fest is aan!
De programmering is vandaag back to back zonder overlap. Mooi, maar ook wel heftig natuurlijk. Hoewel hier en daar het weerzien van vrienden en bekenden gevierd wordt met de tap en de gebroederlijke (m/v) knuffels uitgedeeld worden, moeten we snel de twee trappen af naar de Kleine Zaal om aldaar het Rotterdams-Griekse Playgrounded te aanschouwen.
Het gezelschap dat nog het beste omschreven kan worden als Deftones met een snuifje tech, is, zoals u op de foto's hieronder kunt zien, gehuld in duisternis. De kritische aanschouwer constateert dat het vooral ontbreekt aan frontlicht, en dat klopt volkomen. Fraai is het niet, maar we komen hier voor de muziek.
Zanger Stavros Markonis, die grotendeels met ��n hand op de rug zingt, als ware zijn taak een koud kunstje, is vandaag goed bij stem en valt op door de rode lichten uit zijn mic. Helaas komt hij in de harde stukken niet over de rest heen, maar daar staat tegenover dat de samenzang met zijn gitarist Michael Kotsirakis uitstekend is.
Dat komt mede doordat ook hier het totaalgeluid onberispelijk goed is. Wie mijn verslag van UK Techfest 2022 gelezen heeft, begrijpt dat de gehoorgangen nog maar eens extra genoten hebben, wat dat betreft. Een kniesoor klaagt wellicht in het begin over de overheersende bekkens, maar dat is het dan ook.
Er zijn echter weinig kniesoren in de zaal want de band wordt na elke song uitermate enthousiast begroet. Wat een band! De lat ligt hoog vandaag. Dat hebben organisatoren Thom en Daan goed voor elkaar.
Naast het eerder genoemde Deftones passeren ook andere bands de revue, of komen anderszins in gedachte op. Zo liggen vergelijkingen met The Ocean, Karnivool, Katatonia, Soundgarden en zelfs Massive Attack op de loer, om maar eens wat te namedroppen.
Het is dan ook niet verbazingwekkend dat Pelagic Records deze band opgepikt heeft. Die diversiteit is mede te danken aan de beats en synth-sounds van Orestis Zafeiriou. Het is echter de snare die de show steelt. Wat een lekkere sound heeft dat ding. De nadruk in de setlist ligt vandaag op het laatste album The Death Of Death en dat bevalt duidelijk goed.
Van een totaal ander kaliber is het uit Atlanta, Georgia afkomstige Little Tybee. Nadat het zestal een kleine tien minuten te laat begint, blijkt al snel dat we hier te maken hebben met experimentele folkrock. Dat is even flink schakelen en je kunt je afvragen of dit wel op Complexity Fest thuishoort.
Je kun dat ook gewoon níét doen en met een open-minded set ogen en oren genieten van de sferen waar het gezelschap de luisteraar in meevoert. Dat is niet voor iedereen weggelegd, getuige ook de timide respons van het publiek, al past dat natuurlijk ook wel wat meer bij het genre.
We verwachten hier natuurlijk geen meegruntende fans. Ook qua beweging in de zaal gaat het er een stuk rustiger aan toe. De windmills en roundhouse kicks komen later vandaag weer aan bod. Toch helpt het ook niet dat zanger Brock Scott nogal timide is en interactie met het publiek niet een van zijn natuurlijke talenten is. Hij heeft dan ook weinig te vertellen tussendoor.
Dat mag de muzikale pret echter niet drukken. De niet-standaard instrumenten zijn een welkome afwisseling. Met name de viool scoort hoge ogen. Wellicht is dit voor een deel van de bezoekers te poppy, maar het is mooie muzikantenmuziek en gegeven wat er vandaag verder nog op het programma staat, moet men de stilte voor de storm omarmen zo lang het nog kan.
Hoewel de naam Behringer Escape Plan natuurlijk als eerste Dillinger Escape Plan in gedachte oproept, heeft het tweetal er ogenschijnlijk weinig mee te maken. Hoewel ook deze band in de Kleine Zaal volledig ontdaan is van frontlicht is er wél een visueel element dat de show steelt. Er is namelijk een bewegende laser aan het plafond gehangen en die verandert zo af en toe van kleur.
Ook hier is het geluid weergaloos. Nou heb je als geluidsman natuurlijk geen heel zware taak als je slechts een drummer moet versterken. De synths en de Korg waarop zijn compagnon speelt, zal hooguit een paar DI-kanalen opleveren. Een eitje dus.
Bij het gebrek aan instrumentarium ligt ook wel een klein kritiekpuntje. Met name uit de hoek van de liefhebbers van instrumenten. Wie graag geniet van vingercapriolen op veelsnarige gitaren, komt er dan ook bekaaid af. Maar we hebben voor hetere vuren gestaan op Complexity Fest.
Het duo weet namelijk een enorme muur van geluid neer te zetten. Dat kan ook makkelijk. Als je maar genoeg uit je apparaten laat komen, kun je natuurlijk een fantastische muur opzetten. En daar is geen gebrek aan! Wie het experiment omarmt (en wie dat niet doet, heeft het verkeerde festival uitgekozen), geniet. Daarbij komt dat de drummer retestrak is en zo is de fan van 'echte' muziek ook weer tevreden.
Een ander puntje van kritiek is wellicht het gebrek aan interactie met het publiek. Dat maakt het soms wat lastiger om de verbinding te voelen. Ik hou het voor gezien en ik laat mij een klein beetje rust en een klein beetje bier welgevallen in de overigens nieuw ingerichte foyer.
Wat een vondst! Daar waar het op voorgaande edities van Complexity Fest ontbrak aan fatsoenlijke relax-plekken om even bij te komen en bij te kletsen met mensen die je al veel te lang niet gezien hebt, is er nu in ieder geval voor het toch wat geringe aantal bezoekers wel genoeg plek om de voeten even van de broodnodige rust te voorzien, al dan niet onder het genot van een van de vele hapjes en gerechtjes die geserveerd worden door het enige en tevens eenmans-eetstandje dat er vandaag is.
Het is weer tijd voor wat meer energie. Voor een feestje zelfs. De IT-minded mensen onder u vermoeden bij een bandnaam als Master Boot Record een nerdy invulling en dat klopt volledig. Maar wie zegt dat nerds niet kunnen rocken?!
Het instrumentale trio uit Italië heeft de tijd genomen om relevante beelden te tonen op het projectiescherm achter de band. We zien jaren-90-game-console-beelden en aanverwante visuele traktaties voorbijkomen. Muzikaal gezien combineren de heren industrial, chiptune, metal en wave. Het geheel doet mij vooral denken aan Dragonforce. Heel veel noten dus.
Het al enigszins alcoholisch geïntoxiceerde, dol-enthousiaste publiek weet hier in ieder geval wel raad mee. Enigszins ongemakkelijk weet de band toch ook de interactie met zijn publiek te bewerkstelligen: "Who remembers this game from the 90s?!" Het gaat er allemaal in als zoete koek en de eerste moshes worden geplaatst. De zaal mag dan misschien niet vol staan, maar de energie is er niet minder om en daarmee weet de band zich verzekerd van een memorabel optreden.
Met Throwing Bricks keren we terug naar ons geliefde vaderland, want deze vijfmansformatie komt uit de Domstad, Utrecht dus. Zanger Niels Koster is een man van weinig woorden en heeft tussendoor niet veel meer te melden dan een welgemeend 'dankjewel'. Dat is ook voldoende, want de hardcoresludge spreekt voor zich.
Dat de publieksreactie ten opzichte van Master Boot Record wat minder is, daar trekken de heren zich weinig van aan. Ze gaan ervoor. Ze doen hun ding, zoals dat zo lelijk heet. Het is de energie die hier het woord doet.
Dat komt de band in eerste instantie slechts op meeknikkende hoofden te staan. Men moet duidelijk even bijkomen van het vorige optreden, en begrijpelijk. Het is gewoon echt even schakelen en zoeken. Zo ook is de samenhang met projecties niet geheel duidelijk. Maar gaandeweg komt de boel toch op gang.
Omwille van de hard/zacht-dynamiek experimenteert de band ook met wat rustigere, cleanere stukken. Helaas komen nou juist die stukken wat minder goed uit de verf ten opzichte van wanneer het scheurpedaal ingetrapt wordt en het gas erop gaat.
Hier en daar vraagt men zich af waarom dit zo hoog op de bill staat, en dat is op zich wel een puntje. Maar ja, we worden ook zo verwend met allerlei kwalitatief hoogstaande muziek. Je kunt niet alles hebben, en zo wel waar moet je het laten, man?! Menigeen doet zich tegoed aan het rijkelijk vloeiende bier en eenieder geniet op zijn eigen manier.
Dan is het tijd om de beschonken harses ervan langs te laten geven middels Vildhjarta. De in 2005 opgerichte Zweedse formatie heeft zijn faam oorspronkelijk te danken aan de hoogtijdagen van djent, maar heeft zijn strepen inmiddels ook ver daarbuiten verdiend.
Het podium staat vol rook als de eerste tonen klinken. We zijn gelijk weer nuchter als de eerste mokerharde staccatoriffs gehakt maken van alles wat de heren op hun pad treffen. Ongeacht vorm, status of toestand - dood of levend - niks is veilig, alles gaat eraan. Er hoeft zelfs helemaal geen energieke stage performance aan te pas te komen om de zaal aan gruzelementen te raggen. De vrij statische heren laten de muziek spreken. En daar hebben ze alle reden toe.
Eerlijkheid gebiedt wel te zeggen dat de stembanden van zanger Vilhelm Bladin niet hun beste avond hebben en dat een tweede zanger (zoals vroeger) echt wel een gemis is. Maar who gives a fuck om dat soort geneuzel?! Vanavond is 'beuken tot je erbij neervalt' het devies. Vriend en vijand laten zich met alle liefde in elkaar rossen door de hemeltergend lompe vermorzelriffs. Alles naar de klote? Alles naar de klote. Laat dat maar aan Vildhjarta over.
Wie er nog geen genoeg van heeft, kan zich in de Kleine Zaal laten afserveren door Otto Von Schirach. Ik zoek de koelte van de nacht op, temeer omdat het openbaar vervoer mij daartoe oproept. De laatste trein gaat en lopen vind ik wat ver.
Rest mij nog enige zinnen te wijden aan de algemene sfeer. Voor zover u daar bovenstaand niet al hier en daar enigszins wat van meekreeg, moet benadrukt worden dat de familiaire sfeer kenmerkend is. Menig artiest (met en zonder podiumplicht) loopt vrij rond en de sfeer is amicaal.
In de rij voor handtekeningen en selfies? Neuh, wederzijds respect en vriendschappelijkheid. Als je een foto wilt, prima, geen probleem. Diezelfde sfeer weerspiegelt zich ook in de beleving van het publiek tijdens de optredens. Ik roep de spreekwoordelijke speld die men kon horen tijdens het optreden van Autarkh nog maar eens in de herinnering. Ook zien we weinig mensen die het halve concert aan het filmen zijn. Natuurlijk wordt er hier en daar een fotootje gemaakt, maar that's it.
Getuige de verschillende gesproken talen die ik om mij heen hoor, blijkt toch ook dat men zelfs uit het buitenland afreist voor deze line-up. Het onderstreept de passie en toewijding die ook vandaag weer zo nadrukkelijk aanwezig is. Men komt hier voor de muziek. Dat er genoeg drank in de man zit, zorgt niet voor problemen, nee, het zorgt voor n�g meer gezelligheid.
Ook de openmindedness van de bezoekers spat er aan alle kanten van af. Hoe valt anders te verklaren dat je met zo'n extreem diverse line-up toch bij alle bands vrijwel alle bezoekers aantreft? Ook maakt het niemand ene klap uit hoe jij je muziek wilt consumeren of uiting wilt geven aan je enthousiasme. Wil je dansen, moshen, headbangen? Top! Schreeuwen, zingen, grunten? Prima. Wil je doodstil met je mond open staan kijken? Ook goed. Alles kan en mag.
Expertise en vakmanschap wordt hier met trots gedragen. Daar draait het om. Ook geekiness wordt hier omarmd. Denk nog maar eens aan Master Boot Record. "Intelligentie is sexy", zo werd mij toevertrouwd door een medebezoeker. Daar zit wel een kern van waarheid in. Ik sluit af met een citaat dat dezelfde persoon zich liet ontvallen: "De muziek is complex, de mensen ook. Dat gezegd hebbende is het het meest relaxte, easy-going (metal)festival dat ik ooit bezocht heb."
Het is tekenend voor de algemene sfeer en beleving. Rest mij u te informeren over de toekomstplannen van het festival. 25 februari vindt de volgende editie plaats en zal de derde zaal ook zijn rentree maken. De datum staat nu al omcirkeld en onderstreept in mijn agenda. Hopelijk komt er dan ook weer een pre-party en kunnen we weer als vanouds een heel weekend genieten van muziek en vriendschap. Tot dan!