De vrijdag wordt geopend door Like A Storm, een Nieuw-Zeelandse hardrockband. Midden vooraan op het podium staat een didgeridoo. De zanger start het concert door er een stukje op te spelen. Later wordt dit authentieke Australische instrument nog een paar keer gebruikt, al wordt het lage geluid dan vaak overstemd door de gitaren. De band krijgt het weinige volk dat al op het terrein is redelijk goed mee en hier en daar wordt goed meegeklapt. Opvallend is de cover van het Linkin Park-nummer Crawling, dat wordt opgedragen aan Chester Bennington. De cover is erg rustig, wat contrasteert met het origineel. Like A Storm levert een degelijk optreden af. (Sam)
De Marquee is al redelijk gevuld wanneer Wiegedood aantreedt. De Belgische blackmetalformatie is een opvallende naam op Graspop en dat ligt niet enkel aan de nare bijklank van het woord. De black metal wordt net zo intens gebracht als dat de muziek van zichzelf is. Gitarist en zanger Levy Seynaeve krijst alsof zijn leven ervan afhangt en de hele band staat indrukwekkend en imponerend te spelen. Het gedreun van de basdrum is soms zo hard dat zelfs de camera aan de zijkant van het podium er door trilt. Het publiek neemt dit alles redelijk statisch op. Op een enkeling na staat iedereen doodstil te kijken naar dit vernietigende optreden. Wiegedood levert een verpletterend concert af, waarvan veel mensen murw weglopen. (Sam)
Death Angel heeft tijdens zijn lange bestaan maar vier keer eerder op Graspop gespeeld. De laatste keer dat de groep acte de prsence gaf, was in 2012. Het is dus hoog tijd dat deze thrashveteranen zich weer eens op de festivalweide in Dessel laten zien. Dat staat dan ook gepland voor deze editie, maar dan wel op een ondankbaar vroeg tijdstip. Heel veel publiek is nog niet aanwezig als de mannen aftrappen met Thrown To The Wolves. Heel veel tijd is er niet om te spelen, dus besteden de mannen weinig tijd aan interactie en laten ze vooral de muziek spreken. Zo komt het oude Voracious Souls voorbij en richt Death Angel zich verder op recenter werk met Father Of Lies en het uitstekende The Dream Calls For Blood. Onlangs bracht de band het album Humanicide uit. De Amerikanen sluiten af met The Pack en het titelnummer. Het optreden is prima en de groep presteert naar behoren, maar het zorgt niet voor een blijvende indruk. (Marcel)
The Hu is de eerste Mongolische band ooit die op Graspop heeft gestaan. Het zal voor veel bezoekers ook de eerste Mongolische band zijn die ze zien. De Red Bull Metal Dome is twintig minuten voor tijd al bijna helemaal gevuld. Vlak voordat het concert begint, wordt al Hu gechant. Dan komt de achtkoppige band het podium op. Vier van hen hebben authentieke Mongoolse snaarinstrumenten en een ander bespeelt Mongoolse drums. De andere drie spelen respectievelijk op een moderne gitaar, basgitaar en drumstel. De band opent met Shoog Shoog en praktisch iedereen zingt en klapt mee. Bijna alle bandleden zingen, wat de vocalen een erg vol en intens karakter geeft. Op een paar springers voorin na is er weinig beweging. Toch staat iedereen te genieten van het optreden. De band weet de aandacht van het publiek goed vast te houden. Soms zie je bij dit soort unieke bands dat mensen na een paar nummers weer vertrekken, omdat ze het unieke dan wel gezien hebben. Tijdens The Hu blijft de tent bijna tot aan het einde stampvol. De andere twee uitgebrachte nummers, Yuve Yuve Yu en Wolf Totem, kunnen beide op veel bijval rekenen. De uniciteit van deze band kan zeker niet tot gimmick worden gerekend, want dit concert staat als een huis. Voor velen is dit een hoogtepunt van de dag of misschien wel het festival. (Sam)
In de Marquee staat deathcore-legende Whitechapel klaar om het publiek te verpulveren met zijn loodzware muziek. Dit jaar bracht de formatie The Valley uit en deze plaat markeert alweer het tienjarige bestaan van de groep. Na het ietwat teleurstellende Mark Of The Blade (2016) herpakt de groep zich met een album vol lompe, raggende gitaarriffs en hakkend drumwerk, maar is er ook meer dan ooit ruimte voor rustige en melodieuze passages. Dit onder aanvoering van de gortdroge en zware zang van brulboei Phil Bozeman. The Valley staat dan ook centraal tijdens dit optreden en de groep trapt meteen af met drie nieuwe tracks (Brimstone, Forgiveness Is Weakness en Black Bear). Het geluid in de tent staat genadeloos hard afgesteld en het valt meteen op dat Bozeman een goede vocalist is. Vooral zijn diepe screams zijn indrukwekkend. Daarentegen komt zijn cleane zang kracht tekort. De rest van de set concentreert zich op zowel oud als nieuw werk. Het is Elitist Ones dat veel bijval krijgt, al wordt er voorin sowieso al hard gewerkt voor Whitechapel. Fanatiekelingen zijn verwikkeld in een heftige pit, terwijl anderen stevig staan te headbangen en mee te schreeuwen. Het is duidelijk dat de band zijn stempel op het genre heeft gedrukt en tot de top behoort. Nu de groep steeds meer experimenteert met cleane zang en progressieve elementen is het voorspelbaar dat Whitechapel zijn roem alleen maar ziet vergroten. (Marcel)
Hatebreed is eigenlijk verworden tot de vrolijke knuffelbeer van de hardcore-scene. Vroeger genadeloos hard en relevant, maar hedendaags een ervaren band die zijn schaapjes op het droge heeft met een immer glimlachende en toegankelijke Jamey Jasta op het podium. Dat maakt live-optredens van de band gelukkig niet minder intens. De muziek van Hatebreed is makkelijk te verteren, schreeuw je zo mee en is uiterst geschikt om frustratie van je af te schreeuwen of je in het zweet te werken in de moshpit. Dat is ook precies wat er gebeurt. Al vanaf het moment dat de band begint te spelen met To The Threshold gaat het los vooraan. Die energie weten de mannen goed vast te houden. Het is inmiddels de negende keer dat de groep op Graspop staat, dus echt veel verrassingen staan er niet meer op het programma. De band speelt zijn grote hits en het is uiteraard Destroy Everything dat als grote smaakmaker geldt. Voor de gelegenheid heeft Hatebreed speciale I Survived The Pit At Graspop-shirts gemaakt. Voor de echte die-hard moshers uiteraard een hebbeding. Uiteindelijk stelt Hatebreed absoluut niet teleur, maar van een hoogtepunt is ook geen sprake. Het is meer van hetzelfde en voor velen blijkt dat goed genoeg te zijn vandaag. (Marcel)
En van de grote verrassingen van de dag is Glenn Hughes, die vandaag een set komt spelen met alleen maar tracks van Deep Purple. Wat een enthousiasme en een charisma heeft deze man nog op zijn late leeftijd. Als een stel oude hippies verschijnen de bandleden op het podium. Ze stelen gezamenlijk de show, al is Hughes uiteraard de blikvanger. Van enige sleet op de stembanden van 'de voice of rock' is geen sprake en regelmatig laat hij zijn hoge uithalen horen. Met een prima setlist die bestaat uit swingend materiaal van albums als Burn (1974), Stormbringer (1974) en Come Taste The Band (1975) wordt niet meteen het bekendste materiaal van Deep Purple ten gehore gebracht, maar wordt er zeker kwaliteit voorgeschoteld. Het prachtige Sail Away komt voorbij en een heerlijk uitgesponnen versie van Mistreated. Naast de frontman valt keyboardspeler Jesper Bo Hansen op. Met looks alsof hij net weggelopen is uit de seventies bespeelt hij zijn instrument met flair en ligt hij regelmatig in vreemde poses over zijn instrument heen.
Voor de fans die niet bekend zijn met het werk van Deep Purple met Hughes op zang is het fijn dat ook Smoke On The Water voorbijkomt. Dit zorgt voor een groot meezingmoment. De track vloeit na afloop over in het eveneens geweldige Georgia On My Mind, waarin de flamboyante zanger zijn hoge uithalen, tot groot plezier van hemzelf, nog eens laat horen. Met een andere bekende tophit sluit de groep af. Highway Star maakt het feest compleet. Glenn Hughes' eigen woorden zijn: "Tot volgend jaar", en als dit een voorbode is voor nog een passage op Graspop, dan graag. Van deze show kunnen de heren van het huidige Deep Purple nog een lesje leren. (Marcel)
Er staat deze vrijdag lekker veel thrash metal geboekt, waarbij Testament niet ontbreekt. De band opent met Brotherhood Of The Snake, het titelnummer van het laatste album. Er ontstaat meteen een kleine moshpit, terwijl de rest van het publiek mee staat te zingen. De drums staan erg hard, maar dit probleem wordt later gelukkig opgelost. Pale King en More Than Meets The Eye volgen en krijgen veel bijval, vooral laatstgenoemde. Zanger Chuck Billy zegt dat het publiek bewijst dat het houdt van heavy metal, waarna Practice What You Preach volgt. De band staat met veel speelplezier te spelen en vooral zanger Chuck Billy zoekt veel contact met fans. Tijdens Into The Pit wordt de pit een heel stuk groter en dat zal ook zo blijven tijdens de laatste paar nummers. Hierna zijn er veel waaghalzen die crowdsurfen tijdens Over The Wall. De heren sluiten af met Formation Of Damnation en bewijzen opnieuw dat Testament een uitstekende liveband is. (Sam)
De elektro-metalband Combichrist staat in een aardig volgepakte Red Bull Metal Dome en weet daar goed de voetjes van de vloer te krijgen. Zware gitaarriffs gaan gepaard met elektro-tonen en krijgen ondersteuning van twee percussionisten. Frontman Andy LaPlegua beweegt energiek over het podium heen en weer en is goed bij stem. Met tracks als Hate Like Me en Never Surrender krijgt de groep de sfeer er aardig in. Het valt wel op dat na verloop van tijd het allemaal wat op elkaar gaat lijken en de muziek minder effectief wordt. De groep weet dan ook niet het gehele optreden de aandacht van het publiek te behouden en voortijdig verlaten al veel bezoekers de tent. Het optreden is dan ook niet slecht, maar ook verre van episch. Gewoon degelijk en voorin heeft Combichrist absoluut zieltjes gewonnen, maar uiteindelijk is dit niet het optreden wat veel bezoekers zullen onthouden. (Marcel)
Architects is duidelijk een populaire band. Het staat voorin vol met enthousiaste fans die uit volle borst meezingen. Het tragische verlies van gitarist Tom Searle, die is vervangen door Josh Middleton van Sylosis, heeft er gelukkig niet voor gezorgd dat de band is gestopt. De groep begint het optreden met Modern Misery, waarbij het publiek meteen begint met meezingen. Zanger Sam Carter is netjes gekleed in overhemd en jasje. Tijdens Holy Hell vraagt hij om een circlepit en deze krijgt hij ook. Het publiek eet uit de hand van de band en springt, klapt en zingt wanneer erom gevraagd wordt. Nadat is afgesloten met Doomsayer, kunnen de fans tevreden weglopen van een geslaagd concert. (Sam)
Municipal Waste is er verantwoordelijk voor dat op de weide genoeg mensen rondlopen met een t-shirt met daarop Donald Trump afgebeeld, die zichzelf door zijn hoofd schiet. Bij de Jupiler Stage hebben zich aardig wat mensen verzameld die overduidelijk zin hebben in een thrash/crossover-feestje. Dat is ook precies wat Municipal Waste voorschotelt. In een kleine veertig minuten brast de groep er zestien tracks doorheen. Daarbij ligt het tempo hoog. Vocalist Tony Foresta is hedendaags ook veelvuldig te zien met zijn andere crossover-band Iron Reagan en al het touren lijkt wellicht sleet op zijn stembanden gecreerd te hebben. Uiteraard is hij ook niet de beste vocalist, maar dat heeft Municipal Waste ook niet nodig. Het gaat vooral om de attitude en energie die vrijkomt en daar is hij een ster in.
De band speelt niet superstrak vandaag en het geluid is in het begin ook verre van optimaal, maar dat wordt gecompenseerd door een boel energie en opzwependheid. Voorin is een massale moshpit en de crowdsurfers blijven maar komen. Vorig jaar kwam het album Slime And Punishment uit en daarvan komen de nodige tracks voorbij. Het is vooral Breathe Grease dat positief opvalt met zijn ijzersterke riffs. Uiteraard is het wachten tot die ene topper voorbijkomt en die komt helemaal aan het einde. Waar het doodnormaal is om op festivals Slayerrrrr! te schreeuwen, is het credo hier "Municipal Waste is gonna fuck you up". De tekst wordt voor het optreden geschreeuwd, tijdens het optreden, tijdens het daadwerkelijke nummer Born To Party en uiteindelijk nog lang na het optreden. Waarschijnlijk n van de vermakelijkste shows van het festival. (Marcel)
Op de Main Stage trakteert Anthrax het publiek op een feestje vol met klassiekers. Een nieuw album is in de maak, maar er is nog geen vers materiaal van uitgebracht. Ook is er geen speciale tour aangekondigd omtrent de viering van een album, dus dan weet je dat je een set kunt verwachten vol met het welbekende Anthrax-materiaal. Dat is ook een beetje het (luxe)probleem waarin deze legendarische thrashers zich bevinden. Eigenlijk kan geen enkel van deze tracks gemist worden tijdens een optreden. Nummers als Caught In A Mosh, I Am The Law, Got The Time, Anti-Social, Indians en tegenwoordig ook In The End zijn vastgeroest in de setlist. Ze worden dan ook allemaal gespeeld en de groep is zoals altijd zeer gemotiveerd. Belladonna blijft n van de beste vocalisten van het genre en van sleet op zijn stembanden is nog steeds geen sprake. De sympathieke zanger heeft naast het zingen ook een andere belangrijke taak op zich genomen en dat is zoveel mogelijk contact maken met het publiek en zorgen dat iedereen zich verbonden voelt. Dat gaat hem meer dan prima af en het publiek eet zowaar uit zijn handen.
Anthrax is niet te betrappen op een fout en speelt met verve. Zelfs drummer Charlie Benante is weer van de partij en dat is hedendaags vanwege een blessure niet altijd vanzelfsprekend. Het blijft een genot om de energie te zien bij de bandleden. Bassist Frankie Bello staat nooit stil en schreeuwt de nummers even hard mee en Scott Ian laat meermaals zijn karakteristieke dans zien. Als vanzelfsprekend is gitarist Jon Donais de grijze muis op het podium. Hij concentreert zich voornamelijk op zijn gitaarspel. De show is uiteindelijk zo voorspelbaar als het maar kan en dat is een smet. Net als de vanzelfsprekende setlist en het feit dat de muziek die gemaakt is met John Bush stelselmatig genegeerd wordt, weet je ook dat de band tijdens Indians stopt om het publiek aan te moedigen. De enige verrassing is dat Now It's Dark voorbijkomt en dat is erg fijn. (Marcel)
Deze editie van Graspop staat in het teken van het afscheid nemen van enkele legendarische bands. Slayer speelt vanavond zijn laatste noten in de Benelux en ook Kiss zien we na dit weekend niet meer terug. Een andere band met een zeer grote staat van dienst, maar waar toch minder aandacht naar uitgaat, is het eveneens afscheidnemende Lynyrd Skynyrd. Na de show van vandaag is dat eigenlijk ook prima. Laat deze mannen maar genieten van hun welverdiende pensioen, want op het podium zijn ze niet meer vooruit te branden. Het optreden is tergend langzaam, saai, ongenspireerd en op sommige vlakken ook slordig. Tuurlijk is leeftijd hier debet aan, maar als je kijkt naar het enthousiasme van die andere oudere rot (Glenn Hughes) van vandaag of wat andere leeftijdsgenoten nog weten neer te zetten, is deze show wel heel karig. Dat is jammer, want als er n band de papieren heeft om een epische show neer te zetten dan is dat Lynyrd Skynyrd wel. Maar met vandaag nog maar n oorspronkelijke bandlid in de bezetting is dit het allemaal net niet.Met een setlist die vrijwel de hele carrire bij langs gaat, blijkt goed dat de hoogtijdagen ver in het verleden van de band liggen. Eigenlijk is het wachten tot de groep de tracks inzet van het legendarische debuut Pronounced 'Lh-Nrd 'Skin-'Nrd en natuurlijk die megaklappen die iedereen kent. Maar voordat die voorbijkomen, komt er nog een hele rits andere nummers voorbij als Workin' For MCA, Skynard Nation en Gimme Back My Bullets. Muzikaal maakt de band geen fouten, maar de heren lijken alles wel een slag langzamer te spelen dan oorspronkelijk. Het publiek komt nog niet echt los en wellicht ook omdat deze tracks slechts bekend zijn bij de verstokte fans. Pas bij Gimme Three Steps komt er wat meer reactie. Zoals gezegd speelt de band de muziek met verve, maar is er op het podium weinig te beleven. Gitarist Gary Rossington (het enigste overgebleven lid van het eerste uur) concentreert zich voornamelijk op zijn spel en lijkt diep in zichzelf gekeerd te zijn, terwijl de andere gitarist Rickey Medlocke er nog enigszins een show van probeert te maken. Vocalist Johnny van Zandt zingt de boel bij elkaar, maar op echt veel bezieling kun je hem ook niet betrappen. Dan zijn er ook nog de nauwelijks hoorbare achtergrondzangeressen die eigenlijk vrij weinig te doen hebben en ook niet bepaald synchroon dansen.
Wanneer het geweldige Simple Man ingezet wordt, krijgt het merendeel van het publiek waarvoor het gekomen is en bij de megaklassieker Sweet Home Alabama veert iedereen op, zingt mee en filmt alles massaal met zijn telefoon. Maar ook deze nummers krijgen niet een ijzersterke live-vertolking. Afsluiter en ultiem vrijheidslied Freebird is echter mooi in elkaar gestoken. De band weet er een pakkend eerbetoon van te maken aan originele vocalist Ronnie van Zandt door zijn hoed op het podium te plaatsen en een mooie foto verschijnt op de achtergrond. Wanneer er een oude live-vertolking tussen gemonteerd wordt, waarin Ronnie zingt en de band live meespeelt, krijgt het nummer een emotionele lading. Zo had het moeten zijn, als het verwoestende vliegtuigongeluk geen roet in het eten had gegooid. Helaas maakt dit mooie slotakkoord de rest van het optreden niet goed en blijft er toch een onplezierige nasmaak hangen aan dit afscheidsconcert. (Marcel)
Fever 333 is de nieuwe band van de ex-zanger van Letlive. De combinatie van rap, metal en punk is erg energiek en werkt opzwepend. De band brengt deze muziek met bijpassende energie. De zanger en gitarist rennen over het podium en ook de drummer drumt duidelijk met veel speelplezier en komt zo nu en dan achter de kit vandaan. Ook het publiek gaat helemaal los. Er zijn continu moshpits en mensen die meezingen. Tussen de nummers door praat de zanger veel. Zo vertelt hij dat de tourmanager van de band uit Belgi komt, zegt hij dat Europa goed is in festivals en bedankt hij de drummer en het publiek voor het maken van een veilige plaats voor 'people of colour' in deze muziek. Ook noemt hij Architects en Discharge, die Fever 333 heeft geleerd hoe het moet. Uiteindelijk baant de zanger zich een weg door de grote menigte voor de Jupiler Stage en springt tot grote schrik van de mensen achter de bar over de toog in The Barrel heen. Hierna klimt hij naar het raam bovenin dit boerderij-achtige gebouw, waar hij onder luid gejuich uit het raam hangt. Fever 333 heeft zich overtuigend neergezet als een (live)band om in de gaten te houden. (Sam)
Het is druk voor de Main Stage 2 voordat Amon Amarth begint. Voor het podium hangt een groot doek waar Berserker op staat. Het doek valt en de band begint meteen Pursuit Of The Vikings te spelen. Het publiek gaat los en ook de vlammenwerpers zijn actief. De drumkit staat op een gigantische Vikinghelm, wat het podium een duidelijk thematisch uiterlijk geeft. Deceiver Of The Gods volgt. Zanger Johan Hegg vertelt dat de heren altijd een geweldige tijd hebben als ze op Graspop spelen en vraagt of de fans zin hebben om te feesten als Vikingen. First Kill en The Way Of Vikings representeren het album Jomsviking, waarbij tijdens het laatstgenoemde nummer twee Vikingen het podium opkomen en elkaar bevechten. Het eerste nummer van het nieuwe album Berserker dat langskomt is Crack The Sky. Tijdens de daaropvolgende publieksfavoriet Death In Fire draaien de vlammenwerpers uiteraard overuren. De band speelt enthousiast en vooral Johan lijkt er erg veel zin in te hebben. De fans zingen alle nummers uit volle borst mee en er is continu een moshpit.
De Vikingen komen weer het podium op tijdens Shieldwall. Voor Guardians Of Asgaard worden grote Noorse runen het podium op gereden, die in brand worden gestoken. Er zijn tot achter de geluidstoren handen in de lucht, wat een erg indrukwekkend beeld geeft. Hierna pakken de bandleden hoorns, die ze in een teug leegdrinken. De fans hebben door dat het tijd is voor Raise Your Horns. Terwijl de bandleden drinkhoorns vasthebben, tonen duizende fans hun 'metalhors'. De band verlaat het podium even en als de achtergrondbanner valt, verschijnt een vlag met bliksemschichten. Als er rechts op het podium een drakenkop verschijnt, is het duidelijk: Twilight Of The Thunder God komt eraan. Johan loopt het podium op met een grote hamer en de hit wordt met groot enthousiasme gespeeld. Het concert eindigt met vuurwerk dat van bovenaf op de band neerdaalt. Johan vertelt het publiek Never forget to raise your horns, waarna de band het podium verlaat. (Sam)
Eagles Of Death Metal is waarschijnlijk de verrassing voor velen van het festival. Qua naam en genre is het niet de meest vanzelfsprekende act op het festival, maar de groep onder leiding van de charismatische Jesse Hughes maakt er een groot feest van. De flamboyante zanger zweept het publiek op, maakt grapjes, staat geen moment stil en zingt daarbij ook nog eens voortreffelijk. Naast Hughes bestaat de band uit Josh Homme (Queens Of The Stone Age), maar die is er niet bij vandaag. In plaats daarvan zit Jorma Vik achter het drumstel en de rest van de live-line up bestaat uit Dave Catching (gitaar) en bassiste Jenny Vee. Met I Only Want You en Don't Speak (I Came To Make A Bang) start de groep het feest. Het geluid staat goed en de band presteert optimaal.Uiteraard kent iedereen de nare geschiedenis van 2015, toen de band in de Bataclan (Frankrijk) speelde en er een terroristische aanslag plaatsvond. Van dit nare trauma is niets te zien en de groep weidt er verder ook niet over uit. Jenny blijkt een uiterst charmant plaatje en brengt met haar goede looks bij menig mens het hoofd op hol. Uiteindelijk zo erg dat er voorin iets tegen haar geroepen wordt waar ze absoluut niet blij van wordt. Fel gaat ze tekeer en ze laat deze man, tot vermaak van Jesse Hughes, uit het publiek verwijderen. Cherry Cola krijgt vervolgens nog een mooie vertolking, maar het is de David Bowie-cover Moonage Daydreams die het hoogtepunt van de show vormt met een geweldige, afsluitende gitaarsolo. Tegen het einde komen alle bandleden nog even in de spotlights te staan en springt Hughes het publiek in terwijl Vee op haar bas, samen met drummer Vik Ace Of Spades (Motrhead) brengt. "We are Eagles Of Death Metal", zegt Jesse Hughes tegen het einde. "And we came to shake our dicks and have a good time. I hope you have a good time too!" Nou dat kan wel gezegd worden en de formatie krijgt na afloop een groot en welverdiend applaus. (Marcel)
Over de headliner van de vrijdagavond is voorafgaand aan het festival al aardig wat discussie. Is Within Temptation deze plek waardig, of juist verre van? De Nederlandse symfonische metalband is al jaren n van Nederlands grootste exportproducten en heeft tal van hits op haar naam staan. Wat dat betreft is het mooi en zeker ook verdiend dat de groep deze eer toebedeeld krijgt. Uiteraard moeten festivals tegenwoordig ook andere keuzes maken qua hoofdact, omdat alle groten der aarde er inmiddels langzaamaan mee ophouden. Toch voelt de keuze wat vreemd aan en is het te betwijfelen of de act daadwerkelijk voor meer verkochte kaartjes zorgt. Vooraf zijn er bijzonder weinig mensen enthousiast en waar je normaal gesproken van elke headliner op de weide tal van bandshirts tegenkomt, zie je deze vrijwel niet van Within Temptation. De bandleden lijken zich dit ook te beseffen bij aanvang van het optreden en zetten alle zijlen bij om iedereen ervan te overtuigen dat zij op deze plek horen.
De band bracht onlangs het album Resist uit en trapt af met twee tracks van deze plaat. Raise Your Banner en The Reckoning worden prima vertolkt en het valt op dat de groep flink aandacht heeft besteed aan de aankleding van het podium. Waar op plaat vocaliste Sharon den Adel nog hulp krijgt van Papa Roach-zanger Jacoby Shadixx in The Reckoning, moet ze het hier alleen doen. Sharon is goed bij stem en probeert enthousiast de mensen bij de show te betrekken. Voorin lukt dit aardig, maar het blijkt toch moeilijk te zijn om de rijen daarachter te bereiken. De mannen om de frontvrouw heen werken tevens hard en vallen mede op door hun goede spel. Stand My Ground is het eerste nummer dat voor meer bijval zorgt bij het publiek. Het krijgt een krachtige vertolking. Na de tevens bekende track Paradise (What About Us) komt In Vain voorbij van de nieuwe plaat en de mooie zang van Sharon valt hierin op.
Uiteindelijk valt de set van Within Temptation vooral samen te vatten als een 'best of', waarin alle hits voorbijkomen (Faster, What Have You Done, Ice Queen en Mother Earth, met daarnaast nieuwer werk en favorieten van eerdere albums. Hoogtepunt is de ingetogen versie van Ice Queen, die onder begeleiding van een akoestische gitaar wordt vertolkt. Al zou het voor de energie vanuit het publiek misschien verstandiger geweest zijn om deze gewoon in originele vorm te spelen. Want het blijft opvallen dat, hoezeer Sharon en haar mannen het ook proberen, het merendeel van de toeschouwers niet heel erg warmloopt en waarschijnlijk de tijd afwacht tot Slayer begint. Mother Earth sluit het optreden goed af en eindigt in een meezingfestijn. Na afloop kun je ervan spreken dat Within Temptation een prima show heeft weggegeven, die groots aanvoelde, maar waar wellicht toch te weinig mensen op zaten te wachten. Voor de Nederlandse scene is het alleen maar mooi dat we vaandeldragers zijn op zo'n groot festival. (Marcel)
Mensen die tijdens Within Temptation extremere muziek willen horen, kunnen terecht bij Mysticum. De Noorse cultband is n van de pioniers van industrile black metal en treedt maar weinig op. Desondanks is het niet druk in de tent. De drie bandleden, twee gitaristen en een bassist, staan op hoge pilaren. Er mist een drummer en de industrile drumpartijen komen van een bandje. De bandleden zijn redelijk inactief, maar hebben ook weinig bewegingsruimte omdat ze bovenop pilaren staan. De beelden achterin zijn erg overheersend. Ze laten soms het logo zien, soms willekeurige woorden als 'Satan' of 'Fear' en veel militaire beelden, zoals tanks en marcherende soldaten. Ook leert de band ons dat de afkorting van het nummer Lsd niet staat voor de psychedelische drugLysergic acid diethylamide, maar voor Lucifer, Satan, Devil. Het geluid staat niet slecht afgesteld, maar het industrile karakter van de muziek zorgt ervoor dat de gitaarpartijen soms een niet te onderscheiden brij worden. Een paar mensen vooraan staan duidelijk te genieten, maar het grootste deel staat een beetje terughoudend te kijken. Na verloop van tijd wordt de tent dan ook steeds leger. We zullen het maar wijten aan het feit dat Slayer straks begint en dat mensen daar een goede plek willen bemachtigen. (Sam)
Het zijn kille tijden voor metalfans de laatste jaren. Ondanks dat het genre groter en breder dan ooit tevoren is, beginnen de namen die heavy metal groot hebben gemaakt weg te vallen. De afgelopen jaren zijn er steeds meer afscheidstournees en zo heeft Graspop bijvoorbeeld de afgelopen jaren al Black Sabbath, Twisted Sister en Ozzy Osbourne uitgezwaaid. Deze heren leven allemaal nog (met uitzondering van A.J Pero van Twisted Sister), maar denk ook aan de legendarische namen die ons zijn ontvallen. Als je dan ook nog eens gaat kijken naar de leeftijd van de iconen die nu nog actief zijn, dan weet je dat het over een niet al te ruime tijd flink anders zal zijn. Ook dit jaar wordt er afscheid genomen van een paar namen die zo kenmerkend zijn voor de rock- en metalwereld, dat dit ongetwijfeld een leegte zal achterlaten. Lynyrd Skynryd heeft vandaag al afscheid genomen van Belgi, Kiss gaat dit twee dagen later doen en nu is de tijd aangebroken om gedag te zeggen tegen wellicht de meest legendarische en bekendste extreme metalband die de planeet kent: Slayer.Goed, het helse vuur leek al een tijdje gedoofd te zijn en het plezier was allang niet meer van de gezichten van de heren af te lezen. Waarschijnlijk was de lol er grotendeels wel vanaf toen gitarist Jeff Hanneman overleed. Concerten leken plichtmatig afgedaan te worden en ook het laatste plaatwerk was niet zo denderend meer. Dat het afscheid er dus aan zat te komen, is dus niet eens zo verwonderlijk. Maar het is zonde en gek dat zo'n kenmerkende band, die je vaak op elk groot festival wel kon zien, er straks niet meer zal zijn. Zo tekenend en invloedrijk voor de scene en toch is het hoofdstuk straks afgelopen, tenzij de heren zich ooit bedenken. Het is dan ook niet Within Temptation, maar eigenlijk gewoon Slayer die de dikke, vette headliner van de dag is.
En wat een show geven de heren. Wat een show! De vuur, de passie en zielstocht die de bandleden vandaag laten zien, is eigenlijk ongekend. De gerichtheid in de ogen van Kerry King, de fonkelende ogen van frontman Tom Araya, het energieke spel van Gary Holt en het daverende drumwerk van Paul Bostaph. Allen lijken erop gebrand te zijn om een onvergetelijk optreden neer te zetten en om nog n keer te laten zien wie Slayer is en wat Slayer kan. Het begint al met de imposante opening, als prachtige hologrammen verschijnen met de bandnaam en het logo. Ook aan het decor is zeer veel aandacht besteed en het is net of je de poorten van de hel kan binnenwandelen. Qua set wordt er rijkelijk uit de gehele carrire van de groep geput. Er wordt begonnen met Repentless dat vervolgens overgaat in het stokoude Evil Has No Boundaries. Vervolgens zijn World Painted Blood en het superieure Postmortem aan de beurt. War Ensemble laat het publiek meeschreeuwen, terwijl bij het wat rustigere Gemini een dreigende sfeer wordt gecreerd met veel rook. De bandleden blijven spelen alsof dit hun laatste concert ooit is en brengen kwaliteit. Strak, zuiver en vol passie. Het is daarbij ook een genot om Gary Holt tekeer te zien gaan met zijn gitaar. Maar blikvanger blijft toch Araya, die regelmatig even om zich heen kijkt om alles goed in zich op te nemen.
Alle grote hits komen naarmate de tijd vordert voorbij : Mandatory Suicide, Chemical Warfare, Hell Awaits, Seasons In The Abyss, South Of Heaven en uiteraard het onvermijdelijke Raining Blood. Als afsluitend trio wordt eerst het oude Black Magic voorgeschoteld, daarna Dead Skin Mask en dan kan het publiek voor de allerlaatste keer, nog eenmaal genieten van het superieure Angel Of Death. Dan is het voorbij. Al moet het mooiste en emotioneelste moment nog komen. Als de heren uitgebreid afscheid nemen van het publiek, schreeuwen de fans om meer en scanderen ze de naam Slayer over het festivalterrein. Er wordt getreurd en er wordt zelfs gehuild. Wanneer Kerry, Gary en Paul al van het podium verdwenen zijn, staat daar nog n man. Tom Araya staat doodstil voor zich uit te staren en bekijkt het publiek. Dit doet hij wel tien minuten lang, waarbij hij af en toe van links naar rechts loopt. Hij ziet er oprecht gemotioneerd uit en wanneer hij aanstalten maakt om ook te verdwijnen, loopt hij nog n keer langs de microfoon en zegt zacht en aangeslagen, met rood doorlopen ogen waar elk moment een traan uit kan vallen: "I'm going to miss you guys!" Hetzelfde kan tegen hem en zijn bandmakkers gezegd worden, maar n ding is zeker: ze hebben met verve afscheid genomen en het ultieme hoogtepunt van Graspop is een feit. (Marcel)