Voor menig liefhebber van death metal kwam het nieuws dat Neurotic Deathfest er vorig jaar na twaalf edities mee ophield als een donderslag bij heldere hemel. De vervanger diende zich gelukkig al snel aan. 013 en de organisatie van het vermaarde Maryland Deathfest sloegen de handen ineen om een Europese dependance te creren, Netherlands Deathfest genaamd. De line up focuste dit keer niet enkel op death metal, maar bood ook een podium aan onder meer grind, crust en black metal. Wessel en Jeffrey waren er zondag respectievelijk vrijdag en zaterdag bij en hun verslag lees je hier.
Vrijdag
Om vier uur opent Teethgrinder als eerste van de zesenvijftig bands het festival in de kleine zaal. Het Nederlandse gezelschap overtuigde de afgelopen jaren al met het studiowerk Hellbound (2014) en Misanthropy (2015), met daarop een veelzijdige mix van crust, thrash, black, death, industrial en grindcore. Ook live staat het viertal garant voor kwaliteit. Het geluid staat vet en krachtig afgesteld en het kwartet toont zich zeer actief. Er ontstaat een kleine pit, maar de kwaliteitsgrind op het mistige podium (de bandleden werden soms schimmen) had zeker meer bijval verdiend.
Meer grind met Blockheads. De Fransen, die al meer dan vijfentwintig jaar actief zijn, hebben de eer om het hoofdpodium in te wijden. De razendsnelle tracks van de band uit Nancy zijn grotendeels straightforward en hebben raakvlakken met Nasum, Misery Index, Agathocles en het Napalm Death van de jaren tachtig. Doordat het geluid in de grote zaal niet ideaal is, komt niet alles even goed tot zijn recht, maar complimenten zijn op zijn plaats vanwege het drumwerk en het enthousiasme van de met de microfoon slingerende frontman, die van dichtbij ziet hoe zich een pit vormt.
We show you how its done in Baltimore! De eerste Amerikaanse act is Visceral Disgorge en deze heren zetten een overtuigend optreden neer met hun tracks about getting fucked in the ass en fucking corpses and eating shit. De technisch verzorgde brutal death metal en deathcore, afkomstig van het album Ingesting Putridity (2011), gaat er laat in de middag goed in bij het publiek. De slam-momenten zorgen voor een behoorlijke pit en het feest is compleet als Jord van Disentomb (die band toert samen met Kraanium en Visceral Disgorge door Europa) nog even mee komt grunten en dat eigenlijk overtuigender doet dan Travis, die op zijn beurt dan weer een zeer gemotiveerde indruk maakt met zijn actieve presentatie.
Technische problemen leggen het optreden van Vitamin X even stil en dat is niet het enige vermeldenswaardige moment, want de bassist is even vergeten hoe een bepaald nummer ook al weer begon, de eerste wall of death van de dag is een feit, de zanger gooit een zwemband en een opblaasdolfijn de zaal in, maakt rare sprongen en is aan het crowdsurfen. Er zit lekker veel vaart in het optreden en bovendien staat het geluid aardig goed afgesteld. De punk/thrash/grindformatie uit Amsterdam zorgt voor vermakelijke taferelen en een enthousiaste performance.
Inmiddels is er al veel publiek op de been en loopt de kleine zaal stampvol voor Kraanium. De internationale brutal deathformatie, met de nieuwe bassist Ivan Rasstrigin in de gelederen, doet het uitstekend. De slam is vet en bruut en de pit groeit dan ook al snel van formaat, zeker als er een aantal opblaashamers het publiek in wordt gesmeten. Opvallend is dat Rasstrigin met roze glow in the dark snaren speelt en de bassist van Visceral Disgorge een uur eerder met groene.
De show van de hardcorepunkformatie Dropdead lijkt meer op een lezing dan op een concert. Het praten over dierenproeven en "hoe slecht het systeem voor ons is en dat we het initiatief moeten nemen om onder de moderne slavernij uit te komen" door frontman Bob gaat hem beter af dan het zingen. Zijn stembanden hebben in de loop der jaren wel wat schade opgelopen. De culthelden die al vijfentwintig jaar meedraaien, tonen zich desondanks actief. Naast de frontman is het vooral het agressieve drumwerk van Brian dat in positieve zin opvalt. Ondanks dat de grote zaal goed gevuld is en de pit vooraan op volle toeren draait, is er daarachter weinig bijval. Voor veel bands is de grote zaal te groot. In een kleinere setting waren ze beter tot hun recht gekomen.
De eerste band in Patronaat is Keitzer. Het publiek weet zijn weg naar de zaal tegenover 013 nog niet te vinden. De bijzondere ruimte, met fraai gedecoreerde ramen, is nog niet half gevuld. Het weerhoudt de deathgrindformatie uit Duitsland er niet van om een intense show neer te zetten met veel blastpassages. Vooral frontman Christian Silva Chaco weet de aandacht op zich gevestigd te krijgen. Vanwege het gruizige en harde geluid komt lang niet alles goed door, maar Crusade, Marching Forward To Victory en Kharkhadan Of Nuclear Winter bevatten sterke momenten.
Bij Disentomb is er veel in- en uitloop. Dat heeft naast het niet erg memorabele songmateriaal te maken met het basgeluid, dat te hard in de mix staat. Slecht is het optreden zeer zeker niet en de breakdowns zorgen voor aardig wat headbangers en de eerste stagediver van het festival. De bandleden tonen zich actief, de grunts zijn krachtig, maar desondanks mist er iets. Het is allemaal aardig en bruut, maar niet bijzonder spannend.
Er is veel punk op de vrijdag, want ook crustformatie Doom staat op de 013 Main Stage. Een heel specifiek publiek lijkt voor dit soort bands gekomen te zijn en vermaakt zich dan ook prima. De overige bezoekers horen de strak uitgevoerde crust en Neanderthalervocalen goedkeurend aan. Doom was in de jaren tachtig een van de bands die de UK-sound vormgaf en na enkele split-ups is het leuk om ze eens te hebben zien optreden. Het is ondanks dat ze eerder stoppen een van de highlights van de eerste festivaldag.
Na al het geraas is het ter afwisseling wel fijn om even naar wat anders te luisteren. Primitive Man brengt naar eigen zeggen death sludge/funeral punk ten gehore. Zonder meer het zwaarste wat de festivalgangers te verteren krijgen. De vermorzelende, smerige muur van geluid past eigenlijk beter op Roadburn, maar als vervanger van Excruciating Terror zetten deze Amerikanen een overtuigende performance neer. Die gaat echter aan velen voorbij, getuige het slechts half gevulde Patronaat.
Primitive Man toert met de drie mannen Magrudergrind. Het trio speelt echter een geheel andere stijl. De combi van grind en powerviolence bevalt het samengeperste publiek in ieder geval uitstekend. Het gaat er wild aan toe tijdens de strak uitgevoerde set. Opvallend is dat gitarist R.J. Ober in zijn eentje een erg vol en vet geluid neerzet. Magrudergrind mag zich tot de hoogtepunten van de vrijdag rekenen.
Daartegenover staat de tegenvaller van de dag en dat is Agoraphobic Nosebleed. Meerdere bezoekers vertrekken nog voor halverwege de set en dat terwijl velen voor aanvang benieuwd zijn naar de verrichtingen van de cybergrindband van Pig Destroyer-gitarist Scott Hull. Op de plek waar normaal gesproken de drummer plaatsneemt, staat nu een stapel boxen waaruit de geprogrammeerde drums komen. Er komt zelfs een heuse drumsolo langs, maar kijken naar boxen verveelt al snel. Bijzonder is dat het splinternieuwe 'doom'-album Arc genegeerd wordt. Het zou de afwisseling ten goede zijn gekomen. Richard Johnson en Katherine Katz zijn tijdens de eerste tracks nog zeer actief en vermaken zich prima getuige het onderlinge contact en toneelspel (vooral de dialoog is gaaf), maar na een kwartier gaan de schouders hangen omdat ze merken dat een groot deel van het publiek het wel heeft gezien. De lange intros tussen de korte tracks halen de vaart eruit. In plaats daarvan was een praatje wellicht vermakelijker geweest. Het zeldzame optreden in Nederland van Agoraphobic Nosebleed leidt tot gemengde reacties.
Dat doen de mannen van Inhume juist weer heel goed. Die maken er echt een feestje van, vooral vocalisten Dorus en Dennis (van Severe Torture). Er staat zelfs een rij om bij Patronaat naar binnen te mogen. Alhoewel de deathgrind van de Nederlanders niet bijzonder is (mede vanwege het matige geluid in de zaal), valt de muziek bij de voorste regionen in de smaak, getuige de stagedivers en crowdsurfers. Kersverse drummer Remco Verhees brengt het er prima vanaf. Al met al vooral een enthousiast en vermakelijk feestje.
Bij Cripple Bastards is het vooral Giulio The Bastard die de show steelt (mede naamgever/gitarist Alberto The Crippler heeft de band verlaten). De frontman grunt, screamt, krijst, accentueert de furie met zijn grote ogen en gebaren. De korte death/grindtracks vliegen in hoog tempo voorbij en zijn interessant genoeg om de verrichtingen van de Italianen te volgen. Wat opvalt, is dat veel bezoekers de kat uit de boom kijken, maar Cripple Bastards scoort bij de meesten uiteindelijk een voldoende.
Headliner van vrijdag is Infest. Dat hebben de Amerikanen met name te danken aan het historische feit dat ze n van de initiators van de powerviolence in de jaren tachtig waren. Het is vooral het feestje van Joe Denunzio. Hij bevindt zich meer in de pit dan op het podium. Het aantal keren dat de frontman aan het stagediven is, kan zonder meer de boeken in als een record. Het is een groot contrast met de gitarist die ongenspireerd staat te spelen. Het optreden is rommelig en de vraag of dit headlinerwaardig was, zal door een aantal bezoekers ontkennend beantwoord worden. Enerzijds vermakelijk vanwege de capriolen van Joe, anderzijds muzikaal erg slordig. Infest stopt ook nog eens ruim een kwartier te vroeg.
Het geluid in de kleine zaal is bij de meeste bands goed. Zo ook bij Wolfbrigade. De vette d-beat komt prima tot zijn recht. Anders dan bij de overige acts zit er bij de Duitsers meer melodie in. Toch draait het met name om het ritmische aspect en alhoewel er vaak wordt teruggegrepen op hetzelfde ritme klinkt het allemaal wel lekker. Wolfbrigade zorgt voor een lekkere flow, een prima sfeer en een goede reactie van de vele bezoekers.
Ook al is het na middernacht en zwalken er wat dronken zombies door 013, er is nog veel volk op de been in Patronaat om bij Undergang te gaan kijken. Helaas heeft ook de sludgy deathmetalband met een slecht geluid te maken. Desondanks maken de Denen het beste ervan. Het zijn vooral de bijzonder lage vocalen van D. Torturdd die indruk maken. De reactie van de toeschouwers is niet uitbundig, met uitzondering van een groepje stagedivers en crowdsurfers.
Samengevat was het een gezellige en goedbezochte festivaldag met veel punk/hardcore/grindgeluiden. Teethgrinder was direct een sterke opener en samen met Kraanium, Doom, Magrudergrind en Wolfbrigade een van de hoogtepunten. Ondanks dat het muzikaal niet altijd even spannend was en er een grote naam als headliner miste, scoorden eigenlijk alle bands wel een voldoende. Agoraphobic Nosebleed was eigenlijk de enige tegenvaller, evenals het gruizige geluid in Patronaat. Ook in de grote zaal, waar een aantal bands verzoop, was het geluid niet altijd even goed. De sfeer was desondanks prima. Het was heel gezellig. Er waren veel buitenlandse festivalgangers en die hadden het samen met de Nederlandse bezoekers prima naar hun zin. Positief was ook de vlotte doorloop van de grote naar de kleine zaal. Een verbetering ten opzichte van voorafgaand aan de verbouwing. De kleine zaal had naast het beste geluid ook de beste sfeer, al was het soms wel erg druk. Ondanks de drukte hoefde je nergens lang te wachten. De organisatie liep prima en de timetable werd mooi strak gehanteerd. Er was veel merch en door de verspreiding was het soms wel even zoeken naar de juiste stand van je favoriete band.
Zaterdag
Om half twee opent Heaving Earth de zaterdagvoorstelling op de 013 Main Stage. Te vroeg voor velen, want bij aanvang staan er slechts honderd man. Gaandeweg de show verdrievoudigd dat aantal. De Tsjechische death metal is van brute en technische aard. De grunts zijn wat monotoon en de snare is tijdens de blastpassages niet goed te horen, maar verder is het geluid toereikend en definieerbaar. Met name het gitaarwerk is heel interessant. Dat doet af en toe denken aan Morbid Angel en Gorguts. De tracks die afkomstig zijn van zowel het debuut als opvolger Denouncing The Holy Throne (2015) nodigen uit om ze thuis nog eens te gaan beluisteren.
De vreemde eend in de bijt is Contrastic. Bij het horen van de electro-elementen vlucht een aantal festivalgangers de kleine zaal uit, maar er blijven voldoende mensen staan om de verrichtingen van de Tsjechen te volgen. De experimentele grindformatie bestaat reeds sinds 1993, maar is na een jarenlange hiatus de afgelopen jaren pas weer actief. In 2014 verscheen de ep Jarmo en het zijn dan ook vooral songs van die schijf die vandaag aan bod komen. Ook al is het slechts aan een selecte groep besteed, de uitvoering is prima. Contrastic is trouwens de enige band die gebruik maakt van de mogelijkheid om beelden te tonen op een projectiescherm, een welkome toevoeging aan de verzorgde show. Contrastic is een positieve verrassing.
Het is al een stuk drukker bij Cruciamentum. Het geluid staat behoorlijk afgesteld (al staat de bas iets te hard in de mix) en de zware old school blackened death metal rolt wel lekker. De vocalen missen helaas wat kracht, maar af en toe komen er toch aangename riffs langs. Het geheel mist echter iets bijzonders, waardoor het optreden vrij ongemerkt voorbijgaat. Er is terecht applaus voor de Engelse formatie, maar de metal la Bolt Thrower mist een eigen gezicht om cht te overtuigen.
Het is Cyness die de boel wakker schudt. Dat is vooral te danken aan de uiterst actieve frontman die niet alleen zijn microfoonstandaard het publiek ingooit, maar daarna er zelf achteraan gaat en op handen gedragen wordt. Fuck yeah, thanks. De eerste pit op de dag is een feit, zelfs tussen de nummers door waarop Loffi zegt: Cant you wait until the song starts? New Europe (aangekondigd als Neues Europa), Nazis Rein en Stein Auf Stein, alle van Our Funeral Oration For The Human Race (2006), en de nieuwe tracks Possessed To Grind en Bastard, die meer afwisseling laten horen, gaan er vroeg op de dag goed in. Dankzij een energieke performance en een charismatische frontman een dikke voldoende.
The most evil band in Japan, noemt Abigail zichzelf. De old school street metal (ook een zelfverzonnen term) laat de tijden van Kill Em All, Venom, Judas Priest en Motrhead weer helemaal herleven. Ook de outfits van de drie muzikanten zijn in meer dan twintig jaar niet veranderd. Alles aan Abigail is simpel en karakteristiek, soms iets t simpel, maar wel enthousiast en oprecht. De aankondigingen in het gebrekkig Engels zijn hilarisch. Leuk om deze band eens aan het werk gezien te hebben.
De meeste bands zijn erg blij dat ze op dit festival mogen spelen, maar voor de frontman van Profanity is het duidelijk het beste dat hem ooit overkomen is. Hij uit meerdere malen zijn dankbaarheid aan de organisatie en is blij dat er zo veel bezoekers naar de verrichtingen komen kijken. Het levensgeluk is om bijna emotioneel van te worden. De technisch verzorgde brutal death metal komt prima tot zijn recht in de kleine zaal. Het basspel is goed te volgen en de vele tempowisselingen en leads worden strak uitgevoerd. De zaal is niet vol, maar degene die er zijn, staan relaxed en goedkeurend te kijken.
Het slechte geluid voorkomt dat het optreden van Angelcorpse indruk maakt. Ook de hese vocalen missen kracht. Phallelujah, Wartorn, Black Solstice, Stormgods Unbound en Wolflust klinken daardoor als een brei. Slechts de gitaarsolos verdienen een compliment. De oldschoolmetal la Abominations Of Desolation (Morbid Angel) komt op plaat veel beter tot zijn recht dan in de grote zaal.
Het geluid in de kleine zaal is vaak prima, zo ook bij Flesh Parade. Zelfs het basspel staat prima in de mix. De grind van de Amerikanen is echter wel een kwestie van smaak vanwege het monotone, onverstaanbare gekrijs van Jason Pilgrim. Altijd leuk als zon frontman dan zegt: Yall be free to sing along with this one. Qua show is er niet veel te beleven, maar ook hier is de belangstelling goed en een pit gaande.
Anybody heard of us? Razor is wel even lekker als afwisseling tussen alle herrie door. De doorgaans primitieve speed/thrash van de Canadezen krijgt echter weinig bijval en dat komt naast het wat matte geluid (waardoor het agressieve karakter verloren gaat) doordat velen onbekend lijken met de snelle metal van de heren. Sucker For Punishment, Electric Torture, Behind Bars, Stabbed In The Back, The Pugilist en Cross Me Fool zijn aangenaam, maar komen in vergelijking met een lp als Evil Invaders live niet sterk over. Ze doen allemaal denken aan Nuclear Assault, Venom, Dark Angel, Exodus en vooral Slayer, maar afgezien van wat gave riffs, mist het geheel iets. Dat komt ook doordat de grote ruimte niet ideaal is. In de kleine zaal zou het voor meer sfeer hebben gezorgd en dat geldt wel voor meer bands vandaag.
En van de momenten van het festival is de jongen met de groene string aan, die het podium opkomt om te stagediven bij Haemorrhage. De Spanjaarden en de toeschouwers in de uitpuilende kleine zaal kunnen er wel om lachen. Sowieso is een show van de Madrilenen (Luisma heeft het zelf over Venezuela) altijd vermakelijk. De met bloed besmeurde, met een vlag zwaaiende en telefonerende frontman doet de danspasjes voor en de fans in de pit volgen direct. Gitariste Ana en de andere muzikanten verschijnen zoals gewoonlijk in dokterskleding. Ze blijven vrij statisch spelen, want alle ogen moeten vooral gericht zijn op de frontman die ondanks het herhalen van de bekende trucjes ervoor zorgt dat Haemorrhage een van de hoogtepunten van de zaterdag is.
Pas om zeven uur begint het programma in Patronaat. Aan Blaze Of Perdition de eer om daar af te trappen. De Polen doen dat naar behoren, al voorkomt het matige geluid dat de melodielijnen in de black metal er goed doorkomen. Er is nog niet veel volk naar de zaal gekomen. Wel is er een bezoeker die denkt te gaan stagediven, maar door een van de geschminkte bandleden al snel het publiek ingeduwd wordt, zo van: Dat gaan we niet weer doen, makker. Het is een van de weinige opvallende momenten aan een show die weinig bijval oplevert.
Aan de show van Pig Destroyer vallen meerdere dingen op. Allereerst de backdrop met doodskist en de tekst Fucked, daarnaast de samples die uit het keyboard komen (al hadden er wat minder intros gebruikt mogen worden) en het gastoptreden tijdens Eve van Agoraphobic Nosebleed-zangeres Kat. Piggy D speelt solide, zorgt voor een grote pit en krijgt een welverdiend applaus, net als de fan in de groene string, die nog even het podium op wordt geroepen.
De complexe black metal van Dodecahedron is buitengewoon interessant. De dissonante tokkels, de vele tempowisselingen en basloopjes komen door het goede geluid goed uit de verf en de Nederlanders spelen bovendien technisch verzorgd. De fijnproevers die staan toe te kijken, zien het goedkeurend aan. Dodecahedron is voor de gemiddelde NDF-ganger te lastig te behappen, maar een selecte groep liefhebbers hebben een prima optreden gezien. Ook de sfeerbevorderende lichtshow verdient een compliment.
Het optreden van Aosoth is vooral duister en intens. Een constante spanning vult Patronaat, ook hier is de lichtshow sfeerbevorderend en de heren staan er flink bij te headbangen. De black death metal van de Fransen wisselt blastpassages af met atmosferische stukken. Aosoth trekt een halfvolle zaal en krijgt aardig wat bijval. Een aantal festivalgangers, omdat er kort van tevoren is geruild met Ofermod. Dit is aangekondigd op de Facebook-pagina van het festival, maar die leest niet iedereen blijkbaar. Een mededeling in 013 en Patronaat had minder teleurstellingen opgeleverd.
Bij Revenge is het druk in de grote zaal. Het Canadese trio mist eigenlijk een tweede gitarist (met name tijdens de solosecties), maar brengt het ook als drietal er aardig vanaf. De zware black death metal is wat sludgy en chaotisch van aard en mist live de sfeer die de platen wel hebben. De afwisseling van screams en grunts komt overigens wel goed uit de verf. Als de Canadezen vragen wie er allemaal van buiten Nederland komen, gaan er velen handen de lucht in.
Een van de hoogtepunten van de zaterdag is Thanatos en dat ondanks de technische problemen (Fucked up in the beginning.). Of het nu Feeding The War Machine, het gave And Jesus Wept of de fantastische afsluiter War is, vanwege het krachtige geluid en de actieve presentatie is het genieten. Het gaat er dan ook hard aan toe in de pit en frontman Stephan verzoekt dan ook om elkaar wel heel te laten. De death/thrash van de Nederlanders die al vanaf 1984 actief zijn, valt prima in de smaak.
De orthodoxe black/death van het Zweedse Ofermod doet dat ook. Qua show is er niet veel te beleven, al beeldt de frontman wel het een en ander aan rituelen uit, maar muzikaal gebeurt er voldoende interessants (bijvoorbeeld in Chaos Reverberation) om de verrichtingen te blijven volgen. Voor Patronaat-begrippen staat het geluid aardig afgesteld. De reactie van het publiek had dan ook enthousiaster gemogen.
Headliner op zaterdag is Blasphemy. De Canadezen zijn geprezen vanwege het belang vanwege de rol die ze speelden in de ontwikkeling van de black (war) metal. Na twee albums gooiden de heren de strijdbijl neer om rond de milleniumwisseling toch weer op te gaan treden. Met wisselend succes. Vandaag is het slordig wat Nocturnal Grave Desecrator and Black Winds, Caller of the Storms, Deathlord of Abomination and War Apocalypse en Three Black Hearts of Damnation and Impurity (wat een namen) ten gehore brengen. War Command, Nocturnal Slayer en Desecration ademen op de plaat een bepaalde sfeer, maar die komt er vandaag niet uit vanwege het gruizige geluid en de bij vlagen houterige speelstijl. Uiteraard gaat het bij dit soort metal niet om techniek, maar dit was beslist ondermaats en waarom zetten ze een vijfde man neer (die niets doet) naast de drummer? Blasphemy en Ritual komen nog het beste uit de verf, maar op een klein groepje fans na is Blasphemy voor velen toch een van de teleurstellende acts.
Hoe anders is de mening over Wormed, n van de hoogtepunten van de dag. Een propvolle kleine zaal geniet van de technische death metal van de Spanjaarden. Voor sommigen wat te complex, maar technisch goed uitgevoerd en wederom een prima geluid in de zaal. Lekker bruut en toch definieerbaar. De formatie uit Madrid krijgt dan ook terecht veel bijval.
013 stroomt leeg en sommige festivalgangers nemen nog even een kijkje in Patronaat bij Darkened Nocturn Slaughtercult. De Pools-Duitse blackmetalband heeft veel aandacht besteed aan het showelement. De drummer zit verstopt achter een stellage met een pentagram en een twee karkassen. De geschminkte heren staan vlak voor twee banners en centraal staat gitariste/zangeres Onielar. Zij draagt een witte outfit met in eerste instantie een hoofdbedekking, maar nadat ze bloed spuwt, gaat deze af. Het is vooral de show die het optreden speciaal maakt. Muzikaal is het minder boeiend. Toch is er wel bijval, zeker nadat de frontvrouw een stagediver aan het einde van een nummer het podium afduwt en hem publiekelijk duidelijk maakt dat ze niet wenst dat iemand het optreden op die manier verstoort.
Samengevat was ook de zaterdag een geslaagde festivaldag met een prima sfeer. Voor sommigen duurde de dag echter wat lang en zij kregen dan ook niet veel mee van de laatste bands. Hier en daar lagen oververmoeide en beschonken festivalgangers hun roes uit te slapen. Het eten in de kelder was trouwens redelijk, al was het wel prijzig (drie muntjes voor een hamburger bijvoorbeeld). Velen kozen dan ook een eetgelegenheid in de stad en toch was het gezellig druk in de wandelgangen van 013. Pluspunten waren de vele merchstandjes die verspreid door het complex stonden, de doorstroom in zijn algemeenheid en de bands die zich van hun goede kant lieten zien. Blasphemy was de enige die tegenviel. Hoogtepunten waren onder andere Haemorrhage, Dodecahedron, Thanatos en Wormed.
Zondag
De eerste band die in de grote zaal zijn kunsten vertoont, komt uit een apart oord voor metal: Turkije. De brutal death metal van Cenotaph is er echter niet minder om. Het is echter wel terecht dat de band zo vroeg, als opwarmer voor de nekspieren, geprogrammeerd staat. De afwisseling tussen blastbeats, groovende stukken en pinchharmonics gaat tegen het eind toch wat vervelen. Cenotaph is onderhoudend, maar geen memorabele hoogvlieger.
Het van het eiland Malta afkomstige Beheaded heeft zijn sporen reeds ruimschoots verdiend, bijvoorbeeld tijdens eerdere optredens in 013 als onderdeel van het Neurotic Deathfest. De brute doch toegankelijke death metal slaat ook vandaag weer aan. Daar zijn de enthousiaste presentatie, het strakke spel, de verstaanbare vocalen van frontman Frank Calleja en sterke nummers als Where Hours Etch Their Name verantwoordelijk voor. Een van de meest overtuigende bands van de dag!
Morpheus Descends uit New York is na een lange stilte sinds 2013 weer actief. Hun doomy slag van death metal is hoofdzakelijk slepend en vergelijkbaar met die van Incantation en stadsgenoten Immolation. Ik zal vast niet de enige zijn die voordat ze voor dit festival bevestigd werden, nog nooit van de band gehoord had, maar de nummers van de enige full-length Ritual Of Infinity (1992) overtuigen uiteindelijk zeer. Morpheus Descends had zeker langer mogen spelen!
Gruesome bracht in 2015 met Savage Land een niet te versmaden album uit dat 0% originaliteit, maar 100% vermaak bood. Op dat album sloegen gitarist/vocalist Matt Harvey (Exhumed) en enkele (ex-)leden van bands als Possessed en Malevolent Creation de handen ineen om een ode te brengen aan de eerste drie cds van Death, met naar eigen zeggen als doel "de plaat maken die tussen Leprosy (1988) en Spiritual Healing (1990) uit had kunnen komen". En daar zijn ze verdomd goed in geslaagd, zo blijkt ook live! Voor elke liefhebber van Death en death metal van oude snit in het algemeen is dit optreden n groot feest. Dat elke riff en zanglijn van nummers als Closed Casket en Hideous wel te herleiden is tot een Death-nummer en je regelmatig de aandrang voelt om klassiekers als Evil Dead en Left To Die te gaan zingen, maakt dan niet uit. Met Born Dead en een pesterig stukje Pull The Plug wordt het grote voorbeeld ook nog klakkeloos gecoverd. Of je het nou ziet als plagiaat of als een gepast eerbetoon, live is dit niet te versmaden. Wat mij betreft het vetste optreden van de dag!
De muziek van het Poolse Squash Bowels is erg op effect geschreven. De groovende grindcore schreeuwt haast om in brute moshpits overlopende polonaises. Het verwachte feest blijft echter uit. Misschien zijn de moshers toch wat moegestreden na tweenhalve dag feest?
Ook in Japan wordt death metal gemaakt, zo laat Coffins vanmiddag horen op het hoofdpodium. Hun muziek is zo zwaar en traag dat het met een been in het sludgegenre staat. Niet in de minste plaats omdat Coffins ook swingt! Een verdienstelijke en prettige liveband, hoewel de zaal wederom te groot blijkt voor dit soort undergroundherrie. Het is erg moeilijk om sfeer te scheppen in deze setting.
Een van de unieke namen en publiekstrekkers vandaag is het Finse Demilich. In 1993 waren ze hun tijd ver vooruit met het album Nesphite. Een album dat bol staat van de tegendraadse, eigenzinnige composities, wrange melodien en onmenselijk lage vocalen, waarvan de muziek sinds de herstart twee jaar geleden weer live vertolkt wordt. Dit optreden zou bijna niet door zijn gegaan omdat zanger/gitarist Antti Boman een polsbotje heeft gebroken. Gelukkig was daar metalhuurling Danny Tunker (o.a. ex-Aborted, ex-God Dethroned) die even de hele set instudeerde en naast de van gips voorziene vocalist op het podium staat. Het is opvallend dat juist Tunker, als invaller, het optreden draagt. Drummer Mikko Virnes zit er namelijk een aantal keren lelijk naast en de bas staat onaangenaam hard. Demilich is daardoor leuk om eens gezien te hebben, maar laat geen verpletterende indruk achter.
Funebrarum treedt op ter vervanging van het omstreden Disma. De death metal van de Amerikanen klinkt eerder Zweeds, met de toevoeging van sporadische blastbeats en de enorm brute vocalen als opvallendste kenmerken. Frontman Daryl Kahan lijkt zich zelfs op een stemvervormer te beroepen en ergens is dat best jammer. Minder brute vocalen hadden minder afgeleid en waren meer in tune met de muziek geweest. De fans vinden het echter allemaal prachtig.
Asphyx is een band die live (bij mij althans) meer aanslaat dan op cd. Martin van Drunen is uiteraard weer behoorlijk beschonken, maar zijn ijzingwekkende vocalen lijden er gelukkig niet onder. Drummer Stefan Hskens, ook bekend van de Duitse black/thrashband Desaster, is een meer solide muzikant dan Bob Bachgus en geeft de deathmetalklassiekers net wat meer punch mee. Ik zal vast niet de enige zijn die Asphyx al vaker gezien heeft dan op een hand te tellen is en het gevoel heeft dat de band nauwelijks te ontlopen is in festivalland, maar ook vandaag gaan klassiekers als Wasteland Of Terror, The Rack en Last One On Earth er weer goed in.
Een van de bands die de klassieke Zweedse deathmetalsound weer onder de aandacht heeft gebracht, is Entrails. Zowel gitaargeluid als composities herinneren aan de gloriedagen van Entombed en Dismember. De knappe melodien die we op het meest recente album Obliteration (2015) horen, komen live helaas echter niet naar voren. De band doet het echter goed en de kleine zaal is met recht goed gevuld.
Autopsy is de absolute hoofdact van dit weekend. Het is dan ook nog niet eerder zo druk geweest in de grote zaal als bij hen. De Amerikaanse deathmetalband doet wat de fans verlangen. Hoewel Autopsy sinds de reuni actiever is dan ooit te voren, worden er maar weinig nummers van het recente materiaal gespeeld. Er is vooral aandacht voor de klassiekers Severed Survival (1989) en Mental Funeral (1991). Bij nummers als In The Grip Of Winter, Charred Remains en Torn From The Womb blijkt wederom wat Autopsy onderscheidde te midden van de overige deathmetalbands die tweenhalf decennium geleden de kop opstaken: die loodzware, Sabbathesque groove en het verkiezen van gorigheid boven strak spel. Dat Autopsy rammelt, komt de sfeer enkel ten goede. Hoewel de band geen echte frontman heeft, praat drummer en vocalist Chris Reifert het optreden op leuke wijze aan elkaar van achter zijn kit en wordt het publiek goed bij het optreden betrokken. Pagan Saviour besluit een geslaagde beurt van de terechte afsluiter van het weekend!
Netherlands Deathfest kan als geslaagd de boeken in gaan. 013 was gedurende drie dagen goed gevuld met bezoekers uit zon veertig verschillende landen die het prima naar hun zin hadden. De Nederlanders waren zelfs in de minderheid! Wel plaatsen wij enkele kanttekeningen bij het concept van dit festival. Zo is de grote zaal van de nieuwe 013 niet echt geschikt voor dit soort undergroundmuziek, het was erg moeilijk in zon massale ruimte de beoogde sfeer te scheppen. Tevens is het de charme van dit festival dat er veel obscure en zeldzame namen stonden, maar die mogen wat ons betreft zeker aangevuld worden met wat hoofdacts van naam. Nu was Autopsy eigenlijk de enige band van headlinerstatus. Desondanks zijn we zeer benieuwd waar de organisatie tijdens de volgende editie, die van 3 tot en met 5 maart 2017 plaats zal vinden, mee op de proppen komt en zijn we er dan vast weer bij!
Met dank aan Niels Vinck voor de foto's.