Conorach maakt namelijk folk metal, die heel erg neigt naar kant van de power metal. Dit komt niet alleen door de riedeltjes en melodien, maar ook door de cleane zang van De Wijs. Normaal gesproken hoor je in dit genre vooral(zware) grunts en dit is dus een welkome afwisseling, ook al vind ik zijn stem niet altijd even mooi. Het gebruik van de ukelele valt mij verder nog op en daarnaast maakt de band gebruik van standaardinstrumenten als viool en accordeon.
Ondanks deze lichtelijk vernieuwende elementen (cleane zang en ukelele) weet Conorach toch vrij standaard te klinken. Als Voice Of Despair inzet, heb ik het idee te luisteren naar een nummer van Alestorm. Ditzelfde geldt ook voor het traditionele Spanish Ladies, dat leuk is gedaan, maar evengoed van Alestorm had kunnen zijn. Naast de onorginaliteit zitten de nummers ook niet altijd even goed in elkaar en zijn ze vaak niet pakkend, waardoor mijn aandacht ook regelmatig verslapt tijdens het luisteren. Het gezegde beter goed gejat, dan slecht verzonnen gaat hier dus lang niet altijd niet op.
Toch zijn er wel aardige passages te vinden op Tales From The Tavern. Zo kan ik het einde van The Hunt zeker waarderen, dat afsluit met een mooi stukje toetsen. Ik kan helaas geen pluspunten geven voor de productie, want naar mijn idee staat de zang t zacht ten opzichte van de andere instrumenten. Wel kan ik de band complimenteren met een mooi en verzorgd cd-boekje. Het gaat echter om de inhoud en ik hoop dan ook van harte dat Conorach in de toekomst een eigen geluid zal ontwikkelen en dit live ook weet neer te zetten.
Tracklist:
1. 1667
2. The Oaken Shield
3. The Hunt
4. Awaiting The End
5. Riders From The West With Fire And Iron
6. Seasons Of A Warrior
7. The Fortress At Dawn
8. Strtebeker
9. Voice Of Despair
10. Spanish Ladies